Valsmunterij
Op voorstel van mevrouw Laurette Onkelinx, Minister van Justitie, en de heer Didier Reynders, Minister van Financiën, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit goed, houdende uitvoering van de wet (*) betreffende de bescherming tegen valsmunterij.
Op voorstel van mevrouw Laurette Onkelinx, Minister van Justitie, en de heer Didier Reynders, Minister van Financiën, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit goed, houdende uitvoering van de wet (*) betreffende de bescherming tegen valsmunterij.
De uitvoeringsbepalingen van de wet van 12 mei 2004 zijn toepasselijk op de instellingen die beroepshalve muntstukken en biljetten in euro verwerken en aan het publiek verstrekken. In de eerste plaats behandelen ze bepaalde modaliteiten inzake de overlegging van de valse biljetten en valse muntstukken. Het ontwerp geeft aan dat deze overlegging, onverwijld aan de centrale dienst ter beteugeling van de valsemunterij dient te gebeuren, door middel van een standaardformulier aangehecht aan het ontwerp van koninklijk besluit. In de tweede plaats somt het ontwerp de uitvoeringsmaatregelen op die de voormelde instellingen moeten nemen om valse biljetten en valse muntstukken in euro op te sporen. Ten slotte regelt het ontwerp de uitwisseling van informatie inzake het voorkomen van valsmunterij tussen die instellingen en de Nationale Bank van België en de Koninklijke Munt van België, en de uitwisseling van deze informatie tussen de Nationale Bank van België, de Koninklijke Munt van België en de Commissie voor Bank-, Financië- en Assurantiewezen. Het ontwerp wordt voor advies aan de Raad van State voorgelegd. (*) van 12 mei 2004.