Spoorwegen: invoeren van administratieve boetes - Tweede lezing
Op voorstel van minister van Mobiliteit belast met de NMBS François Bellot keurt de ministerraad in tweede lezing een voorontwerp van wet goed op de politie van de spoorwegen.
Het voorontwerp werd aangepast aan het advies van de Raad van State, van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en van de Vlaamse overheid. Het voert de notie van administratieve geldboete in ten einde op een meer effectieve wijze gedragingen te kunnen bestraffen die in strijd zijn met hetgeen van een treingebruiker wordt verwacht of die de veiligheid van de spoorweginfrastructuur in het gedrang brengen. Momenteel leidt de vervolging van dergelijke gedragingen systematisch tot een zware, lange en dure procedure waarbij vaak een beroep moet worden gedaan op externe dienstverleners, zoals gerechtsdeurwaarders en advocaten.
Wat Infrabel betreft, hebben de overtredingen vooral betrekking op het verbod om de spoorlijnen te betreden alsook op het verbieden van alle handelingen die de instandhouding van de spoorweginfrastructuur in het gedrang brengen. Wat de NMBS betreft, hebben de overtredingen vooral betrekking op het reizen zonder geldig vervoerbewijs alsook op alle gedragingen op de trein, in de stations en op de perrons die hetzij indruisen tegen de belangen van de spoorwegoperator, hetzij andere reizigers hinderen.
Voortaan zijn sommige van de bedoelde overtredingen uitsluitend vatbaar voor een administratieve geldboete, andere zijn ofwel strafrechtelijk vervolgbaar, ofwel vatbaar voor een administratieve geldboete. De vaststellende beambten en de leden van het operationeel kader van de politiediensten zullen voortaan toezien op de naleving van de wetgeving op de politie van de spoorwegen en zij zullen de overtredingen vaststellen door middel van vaststellingen en bij proces-verbaal. Het ontwerp voorziet naargelang de strafmaat in vier categorieën van administratieve geldboetes (met als vaste basisbedragen 50, 100, 250 en 300 euro). De uiteindelijke strafmaat houdt ook rekening met mogelijke herhalingen tijdens een tijdspanne van 365 dagen. Een schriftelijk verweer is steeds mogelijk. In sommige gevallen is ook een mondeling verweer mogelijk. Het ontwerp voorziet bovendien in een mogelijkheid tot beroep bij de politierechtbank of bij de familierechtbank.
Om kort op de bal te spelen en de effectiviteit van de administratieve geldboete zo groot mogelijk te maken, voorziet het ontwerp in een verjaringstermijn van één jaar te rekenen vanaf het proces-verbaal ter vaststelling van de overtreding.
Het ontwerp van wet mag ter ondertekening aan de Koning worden voorgelegd, met het oog op de neerlegging ervan bij de Kamer van volksvertegenwoordigers.