Rechten van personen die worden verhoord
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Justitie Koen Geens een voorontwerp van wet goed over de rechten van personen die worden verhoord.
Dit voorontwerp van wet beoogt de volledige omzetting van de richtlijn 2013/48/EU over het recht op toegang tot een advocaat in strafprocedures en in procedures ter uitvoering van een Europees aanhoudingsbevel en het recht om een derde op de hoogte te laten brengen vanaf de vrijheidsbeneming en om met derden en consulaire autoriteiten te communiceren tijdens de vrijheidsbeneming.
Deze richtlijn definieert de regels volgens dewelke verdachten en beklaagden in strafprocedures toegang moeten hebben tot een advocaat. Vervolgens beoogt het voorontwerp de gedeeltelijke omzetting van de richtlijn 2010/64/EU over het recht op vertolking en vertaling in strafprocedures voor wat betreft de bepalingen over vertaling en vertolking die worden gewijzigd door de omzetting van de richtlijn 2013/48/EU.
Tot slot beoogt het ontwerp de gedeeltelijke omzetting van de richtlijn 2012/28/EU tot vaststelling van de minimumnormen voor de rechten, de ondersteuning en de bescherming van slachtoffers van strafbare feiten en ter vervanging van het kaderbesluit 2001/220/JBZ voor wat de bepalingen betreft die worden gewijzigd door de omzetting van de richtlijn 2013/48/EU.
Het voorontwerp van wet wordt voor advies aan de Raad van State voorgelegd.