Overeenkomst tussen België en het Centrum voor de Ontwikkeling van het Bedrijfsleven over de voorrechten en immuniteiten van deze organisatie in België
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders een voorontwerp van wet goed met een overeenkomst tussen België en het Centrum voor de Ontwikkeling van het Bedrijfsleven over de voorrechten en immuniteiten van deze organisatie in België*.
Het Centrum voor Industriële Ontwikkeling (CIO) werd opgericht door artikel 36 toe te passen van de overeenkomst van Lomé van 28 februari 1975 tussen de groep van staten in Afrika, het Caraïbisch gebied en de Stille Oceaan enerzijds, en de Europese Economische Gemeenschap anderzijds. Het statuut, de voorrechten en immuniteiten van de zetel werden vastgelegd in een zetelakkoord tussen het CIO en België, ondertekend op 29 november 1978.
In de overeenkomst van Cotonou van 23 juni 2000 werden het mandaat en de taken van het Centrum uitgebreid en de naam werd gewijzigd in Centrum voor de Ontwikkeling van het Bedrijfsleven (COB). Daarbij stelde zich de vraag of het COB de rechtspersoonlijkheid van het CIO heeft overgenomen en of het zetelakkoord van 29 november 1979 nog van toepassing is op het COB.
De overeenkomst tussen België en het Centrum voor de Ontwikkeling van het Bedrijfsleven over de voorrechten en immuniteiten van deze organisatie komt hieraan tegemoet en preciseert ook het regime van vrijstelling van directe en indirecte belastingen op het officieel gebruik van het Centrum.
* gedaan in Brussel op 16 november 2015, tot wijziging van het zetelakkoord tussen België en het Centrum voor Industriële Ontwikkeling, gedaan in Brussel op 29 november 1978