Observatorium voor de chronische ziekten
Samenstelling en werking van de raadgevende afdeling van het Observatorium voor de chronische ziekten
Samenstelling en werking van de raadgevende afdeling van het Observatorium voor de chronische ziekten
De ministerraad heeft een ontwerp van koninklijk besluit goedgekeurd (*) dat de samenstelling en de werking van de raadgevende afdeling van het Observatorium voor de chronische ziekten bepaalt.
Het voorstel van minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Laurette Onkelinx stelt de raadgevende afdeling van het Observatorium als volgt samen:
- 12 werkende en 12 plaatsvervangende leden voorgedragen door de verzekeringsinstellingen
- 12 werkende en 12 plaatsvervangende leden voorgedragen door de representatieve patiëntenverenigingen, waaronder:
- 6 werkende en 6 plaatsvervangende leden voorgedragen door het Vlaams Patiëntenplatform
- 5 werkende en 5 plaatsvervangende leden voorgedragen door de Ligue des Usagers des Services de Santé
- 1 werkend en 1 plaatsvervangend lid voorgedragen door Patiënten Rat & Treff
De leden worden benoemd voor vier jaar. Het voorzitterschap wordt afwisselend waargenomen, telkens voor twee jaar, door een lid van de groep van de verzekeringsinstellingen en een lid van de groep van de patiëntenverenigingen.
De raadgevende afdeling houdt geldig zitting indien ten minste de helft van de leden van elke groep aanwezig is. De beslissingen worden genomen bij gewone meerderheid van de leden die aan de stemming deelnemen.
Het Observatorium voor de chronische ziekten werd bij de programmawet van 22 december 2008 bij de Wetenschappelijke Raad van het RIZIV opgericht. Het is samengesteld uit:
- een wetenschappelijke afdeling die de tenlasteneming van de geneeskundige verzorging omschrijft, verleend aan patiënten met een chronische ziekte
- een raadgevende afdeling die de behoeften van de patiënten evalueert.
(*) tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994.