Gezamenlijke inspectieactie in risicosectoren: economische uitbuiting in 1 op 10 werkplaatsen
Bij een gezamenlijke actie troffen de RSZ-inspectie en de politie indicaties van economische uitbuiting aan in 19 van de 149 gecontroleerde werkplaatsen. Van de 311 gecontroleerde werknemers bleken er 91 in het zwart aan het werk. Er werden ook 9 potentiële slachtoffers van mensenhandel geïdentificeerd.
De actie vond plaats van 14 tot 20 mei 2018 en paste in de “Joint Action Days Labour Exploitation”, een Europees initiatief dat de steun krijgt van Europol. In 24 EU-lidstaten voerden de politie en de sociale-inspectiediensten controles uit in een aantal risicosectoren, gericht op het opsporen van economische uitbuiting.
Handcarwashes
Het doel van de acties was na te gaan of de regelgeving inzake de arbeidsomstandigheden en woonomstandigheden werd gerespecteerd. Er werden 311 werknemers en 131 zelfstandigen gecontroleerd verspreid over 149 werkplaatsen in de diverse provincies. Werknemers werden grondig verhoord over hun werk- en woonomstandigheden. Omdat het in vele gevallen om buitenlandse arbeidskrachten ging, werd een beroep gedaan op beëdigde tolken.
Op 19 van de 149 gecontroleerde werkplaatsen troffen de inspecteurs indicatoren van economische uitbuiting aan. Met name in de sector van de handcarwashes, focussector bij dit initiatief in België, was er een aanzienlijk aantal inbreuken.
Van de 311 gecontroleerde werknemers bleken er 91 in het zwart aan het werk. Voor 54 werknemers werd de regelgeving op het gebied van deeltijdse arbeid niet gerespecteerd. 35 werknemers waren illegaal tewerkgesteld.
Op 15 werkplaatsen werd overgegaan tot de verzegeling van de zaak. Er werden € 4635 aan kassagelden, één illegaal wapen en 2 vervalste identiteitskaarten in beslag genomen.
Mensenhandel
Voor de RSZ-inspectie is de strijd tegen mensenhandel een topprioriteit. DDaarom besteedden de inspecteurs tijdens de actie ook bijzondere aandacht aan de detectie van indicaties van economische uitbuiting.
Er werden 9 potentiële slachtoffers van mensenhandel geïdentificeerd, arbeidskrachten die in mensonwaardige omstandigheden werkten en in sommige gevallen in erbarmelijke omstandigheden door de werkgever werden gehuisvest. Eén van hen werd verwezen naar het gespecialiseerd opvangcentrum Sürya te Luik, dat slachtoffers van mensenhandel de nodige bijstand geeft.
Hoge succesratio
Het aantal en de ratio van de vaststellingen van inbreuken lagen bij deze actie merkelijk hoger dan bij de gemiddelde controles. Dat heeft te maken met het hoge risicogehalte van de focussector (handcarwashes). Bovendien hebben de inspectiediensten bij de voorbereiding van deze actie intensief samengewerkt met de detectiecel. Op basis van hun analyses konden de meest risicovolle ondernemingen worden gecontroleerd.
Ondersteuning door politie en gerecht
In België zorgde de Inspectiedienst van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid voor de organisatie van de acties, waaraan nog tal van andere federale en gewestelijke inspectiediensten deelnamen. De Directie voor de bestrijding van de zware en georganiseerde criminaliteit, de provinciale directies van de Federale gerechtelijke politie en de lokale politiezones verleenden hun actieve steun. Het initiatief werd eveneens actief ondersteund door de arbeidsauditeurs.
Samenwerking met Nederland
De actie kende ook een belangrijk internationaal karakter. De Nederlandse en Belgische inspectiediensten werkten nauw samen tijdens drie grenscontroles. Daarbij werd voornamelijk aandacht besteed aan werknemers van Nederlandse uitzendkantoren die aan dumpingprijzen werken bij Belgische bouwbedrijven. Bijkomend werd nagegaan of de werknemers die in België aan de slag zijn geen uitkering genieten in Nederland.
Ondersteuning van Europol
Europol heeft zijn traditionele scope verbreed door ook sociale-inspectiediensten een rol te geven bij de coördinatie van acties ter bestrijding van economische uitbuiting. Gedurende de hele duur van de actieperiode was bij Europol in Den Haag een coördinatiecentrum actief, waar vertegenwoordigers van de deelnemende landen actief meewerkten aan de afstemming van de acties en aan het faciliteren van de informatie-uitwisseling tussen de verschillende landen onderling.
Aan de deelnemende lidstaten werd de mogelijkheid geboden om “special requests” uit te sturen naar een andere lidstaat met als doel het aanleveren van informatie of het stellen van onderzoeksdaden door inspectiediensten. Zo werd een onderzoek naar arbeidsuitbuiting opgestart in samenwerking met de Spaanse, Poolse en Hongaarse arbeidsinspectiediensten. De informatie-uitwisseling blijft niet beperkt tot de duur van deze JAD-periode, ook na de acties zal nog informatie worden uitgewisseld in de lopende dossiers.
“Samenwerking loont”
Staatssecretaris Philippe De Backer, die aanwezig was bij een van de acties, reageert positief : “De strijd tegen sociale fraude woedt als nooit tevoren dankzij duidelijke prioriteiten, extra (internationale) controles en de dagelijkse inzet van honderden inspecteurs. We zien de resultaten hier zwart op wit. Op dit elan gaan we dit jaar verder door carwashes nog meer te controleren, louche handelsstraten in grootsteden aan te pakken en de internationale grensoverschrijdende sociale fraude te controleren met gemeenschappelijke controles. Samenwerking over de grenzen loont.”