28 okt 2004 16:00

Bouwmateriaal

Op voorstel van de heer Marc Verwilghen, Minister van Economie, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit goed tot wijziging van het koninklijk besluit (*) aangaande producten die voor de bouw zijn bestemd.

Op voorstel van de heer Marc Verwilghen, Minister van Economie, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit goed tot wijziging van het koninklijk besluit (*) aangaande producten die voor de bouw zijn bestemd.

Het koninklijk besluit van 1998 voert een Europese richtlijn uit (**) die de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de lidstaten aangaande producten die voor de bouw zijn bestemd, onderling aanpast. De Europese Commissie heeft aan de Belgische Staat een met redenen omkleed advies gericht (***) over het artikel 11 van bovengenoemd koninklijk besluit. Het artikel stelde immers dat producten die de BENOR- en ATG-markeringen dragen conform worden geacht met de nationale normen die in een reglement zijn voorzien en dat ze van toepassing blijven zolang er geen geharmoniseerde Europese normen bestaan. De Commissie vindt dat dit een de facto verplichting instelt om deze markeringen te bekomen voor men deze producten in de handel kan brengen. Het artikel belemmert volgens de Commissie het vrije verkeer van sommige bouwproducten. Artikel 11 wordt bijgevolg op die wijze aangepast, dat het voortaan het vrije verkeer garandeert van de bouwproducten, die in een ander lidstaat van de Europese Unie reglementair vervaardigd of in de handel zijn gebracht, of die in een lidstaat van de Europese Vrijhandelsassociatie zijn vervaardigd. (*) van 19 augustus 1998. (**) richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 21 december 1998. (***) van 17 december 2002.