Bescherming tegen ioniserende stralingen
Op voorstel van de heer Patrick Dewael, Minister van Binnenlandse Zaken, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit goed, tot wijziging van het koninklijk besluit (*) houdende algemeen reglement op de bescherming van de bevolking, de werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende stralingen en houdende specifieke maatregelen voor de verwijdering van bliksemafleiders die radioactieve stoffen bevatten.
Op voorstel van de heer Patrick Dewael, Minister van Binnenlandse Zaken, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit goed, tot wijziging van het koninklijk besluit (*) houdende algemeen reglement op de bescherming van de bevolking, de werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende stralingen en houdende specifieke maatregelen voor de verwijdering van bliksemafleiders die radioactieve stoffen bevatten.
In 1985 (**) werd een plaatsingsverbod van radioactieve bliksemafleiders uitgevaardigd. Het verbod gold als overgangsmaatregel. Het ontwerp maakt nu formeel een einde aan de overgangsperiode. Het voert de verplichting in om alle radioactieve bliksemafleiders te verwijderen, of ze nu met of zonder vergunning waren geïnstalleerd. De vergunning en de controle van het toestel bleken ook geen voldoende waarborg te zijn, om besmettingen te voorkomen. Men wil door de verplichte verwijdering ook vermijden dat de toestellen via het niet-radioactieve afvalcircuit worden verwijderd. Het ontwerp wordt voor advies binnen een termijn van een maand aan de Raad van State voorgelegd. (*) van 20 juli 2001. (**) KB van 21 augustus 1985.