Beperking van de verkiezingsuitgaven
Op voorstel van de heer Antoine Duquesne, Minister van Binnenlandse Zaken, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit goed tot bepaling van de nadere regels inzake de indiening van de aangiften van de verkiezingsuitgaven en van de herkomst van de geldmiddelen en de wijze van hun inventarisatie en beveiligde bewaring.
Op voorstel van de heer Antoine Duquesne, Minister van Binnenlandse Zaken, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit goed tot bepaling van de nadere regels inzake de indiening van de aangiften van de verkiezingsuitgaven en van de herkomst van de geldmiddelen en de wijze van hun inventarisatie en beveiligde bewaring.
De regels inzake de indiening zijn de volgende: - elke voorzitter van een kieskring- en collegehoofdbureau deelt, per kennisgeving, bekendgemaakt ten laatste de dag volgend op de verkiezing, de plaats mee en de uren gedurende welke hij de aangiften van de verkiezingsuitgaven en van de herkomst van de geldmiddelen zal ontvangen; - vanaf de ontvangst van de aangiften van de politieke partijen en van de kandidaten tot aan de overdracht ervan aan de Controlecommissie, worden de aangiften bewaard onder de leiding en de aansprakelijkheid van de voorzitter van het kieskringhoofdbureau of van de voorzitter van het collegehoofdbureau; - de raadpleging door de kiesgerechtigden van het door de voorzitter van het hoofdbureau opgemaakte verslag gebeurt onder controle en bewaking op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg. De bepaling van deze regels volgt op de inwerkingtreding van de wet van 2 april 2003 (*) betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezingen van de federale Kamers, de financiering en de open boekhouding van de politieke partijen, en tot wijziging van het Kieswetboek. Deze nieuwe wet is van toepassing voor de volgende federale wetgevende verkiezingen van 18 mei 2003. (*) tot wijziging van de wet van 4 juli 1989