Belgische Nationaliteit
Aanpassing van het wetboek Belgische nationaliteit
Aanpassing van het wetboek Belgische nationaliteit
De ministerraad besliste op initiatief van mevrouw Laurette Onkelinx, Minister van Justitie, het Wetboek van de Belgische nationaliteit aan te passen. Die aanpassingen brengen verbeteringen aan in het wetboek van de Belgische Nationaliteit, maar wijzigen niet de bepalingen van de hervorming die de wet van 1 maart 2000 invoerde. Het is de toepassing van die wet die aan het licht bracht dat een aantal legislatieve aanpassingen nodig waren. Het gaat om de wijziging van de onderzoeksmodaliteiten van de aanvragen, van de reikwijdte van bepaalde begrippen, van de problematiek van de fraude en van de voorwaarden volgens welke men een naturalisatieverzoek tot het parlement kan richten. Het voorontwerp verlengt de controletermijn waarin de instanties die het bestaan van een ernstig persoonlijk feit kunnen melden tot vier maanden. Het verbod op de dubbele nationaliteit wordt afgeschaft in het Belgisch recht. De mogelijkheid om de Belgische nationaliteit te verliezen in geval van fraude wordt uitgebreid. In het kader van de naturalisatieaanvraag dient het hoofdverblijf gedekt te zijn door een wettig verblijf. Een laatste artikel beperkt het aantal gevallen van staatloosheid door de Belgische Nationaliteit te verlenen aan minderjarigen die wegens uitzonderlijke redenen niet van een andere nationaliteit kunnen genieten. De ministerraad keurt het voorontwerp van wet tot wijziging van het wetboek van de Belgische nationaliteit goed en zendt het voor advies naar de Raad van State.