Ambulante activiteiten
Buitenlanders die geen onderdaan zijn uit de EER kunnen sommige ambulante activiteiten verrichten met een beroepskaart
Buitenlanders die geen onderdaan zijn uit de EER kunnen sommige ambulante activiteiten verrichten met een beroepskaart
De ministerraad keurde een ontwerp van koninklijk besluit goed dat het koninklijk besluit van 3 februari 2003 wijzigt, tot vrijstelling van bepaalde categorieën van vreemdelingen van de verplichting houder te zijn van een beroepskaart voor de uitoefening van een zelfstandige beroepsactiviteit. Het ontwerp is een voorstel van mevrouw Sabine Laruelle, Minister van Middenstand. De wijziging betreft enkel de uitoefening van ambulante activiteiten door buitenlanders die geen onderdaan zijn van de Europees economische ruimte (EER). Op dit ogenblik zijn de buitenlanders die geen onderdaan zijn van de EER vrijgesteld van de verplichting een beroepskaart te hebben voor de uitoefening van ambulante activiteiten, als ze sinds 10 jaar in België verblijven. Het ontwerp geeft de buitenlanders die niet uit de EER komen en die vrijgesteld zijn van een beroepskaart, de toelating elk type van ambulante handel uit te oefenen, behalve die ten huize van de consument. Ze kunnen ook ambulante activiteiten uitoefenen, andere dan die ten huize van de consument, als ze geen onderdaan zijn van de EER en een arbeidskaart hebben. Het gaat om de activiteit van werkend vennoot en zelfstandig helper. Het ontwerp richt zich vooral tot buitenlanders met een tijdelijk verblijf zoals de kandidaat vluchtelingen in afwachting van een beslissing over hun statuut. Het ontwerp wordt voor advies binnen vijf dagen aan de Raad van state voorgelegd.