Voortgezette opleiding van het operationeel personeel van de hulpverleningszones
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden een ontwerp van koninklijk besluit goed met betrekking tot de opleiding van het operationeel personeel van de hulpverleningszones, aangezien een aantal uren voortgezette opleiding werden geannuleerd door de coronavirus-gezondheidscrisis.
Omwille van de aanhoudende COVID-19-maatregelen omvat het ontwerp op verzoek van de vakorganisaties van de brandweer, RéZonWal, de Brusselse Brandweer en Netwerk Brandweer de volgende voorstellen:
- de verplichting om een voortgezette opleiding te volgen tijdens de eerste zes maanden van 2021 wordt geschrapt
- een aanpassing van het geldelijk statuut zodat de bevordering in de weddeschaal kan doorgaan, zelfs als de voorwaarde van 24 uur voortgezette opleiding voor 2021 voor slechts 12 uur ingevuld wordt
- de uren die al gevolgd werden blijven geregistreerd voor de referentieperiode van vijf jaar voor het brandweerpersoneel
- deze maatregelen moeten met terugwerkende kracht werken, aangezien deze situatie niet kon worden voorspeld
- er wordt een delegatie aan de minister van Binnenlandse Zaken toegewezen om het aantal uren verplicht voortgezette opleiding te verminderen, op basis van uitzonderlijke omstandigheden in een of meerdere zones. Er kan slechts sprake zijn van uitzonderlijke omstandigheden als er een provinciale of federale fase van de noodplanning werd afgekondigd
Het ontwerp wordt ter advies voorgelegd aan de Raad van State.
Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 april 2014 tot bepaling van administratief statuut van het operationeel personeel van de hulpverleningszones, en van het koninklijk besluit van 19 april 2014 houdende bezoldigingsregeling van het operationeel personeel van de hulpverleningszones