Veiligheidsdiensten De Lijn
Afbakening van de plaatsen waar veiligheidsdiensten van De Lijn actief zijn
Afbakening van de plaatsen waar veiligheidsdiensten van De Lijn actief zijn
Minister van Binnenlandse Zaken Patrick Dewael stelde een ontwerp van koninklijk besluit voor dat de plaatsen afbakent waar het veiligheidspersoneel van De Lijn mag optreden. De programmawet van 27 december 2004 bepaalt dat de vervoersmaatschappijen een specifieke veiligheidsdienst kunnen oprichten met veiligheidsagenten die identiteitscontroles mogen uitvoeren, personen staande houden, veiligheidsfouilles uitvoeren en neutraliserende spray en handboeien gebruiken. De Lijn heeft beslist zo'n veiligheidsdienst op te richten, maar kiest ervoor geen gebruik te maken van de mogelijkheid om sprays en handboeien te dragen. De veiligheidsagenten van De Lijn zullen hun bijzondere bevoegdheden mogen uitoefenen in de trams en bussen en in de ondergrondse stations die voor het publiek toegankelijk zijn. Er is ook een beperkt aantal bovengrondse stations waar ze mogen optreden. Het ontwerp wijzigt het kb van 4 april 2006 betrefffende de afbakening van de plaatsen die deel uitmaken van de infrastructuur, uitgebaat door de openbare vervoersmaatschappijen waarop de bepalingen van de wet van 10 april 1990 van toepassing zijn.