Toespraak bij heropening hoofdsynagoge Antwerpen en herdenking Antwerpse Kristallnacht
Eerste Minister Alexander De Croo sprak vandaag tijdens de heropening van de hoofdsynagoge van de Antwerpse Israëlitische Orthodoxe Gemeente Machsike Hadas. Hij stond in zijn toespraak stil bij de Antwerpse Kristallnacht en hield een pleidooi voor dialoog en verbinding.
Geachte vertegenwoordigers van de federale en Vlaamse regering,
Geachte burgemeester van Antwerpen,
Geachte vertegenwoordigers van de Joodse gemeenschap,
Dames en heren,
We zijn hier vandaag samen voor een ceremonie met een bijzondere betekenis voor de Joodse gemeenschap in ons land en in het bijzonder die van Antwerpen.
De grote ‘Osten’ Sjoel is niet alleen een historisch monument, het is een Synagoge en dus een ontmoetingsplaats die leeft en bruist dankzij de Antwerps-Joodse gemeenschap. De synagoge bestaat al meer dan 100 jaar en dankzij deze fantastische renovatie is zij klaar voor de komende 100 jaar. De ingetogen, tijdloze stijl van dit gebouw reflecteert perfect de aloude joods tradities en gebruiken.
Ik ben dan ook zeer dankbaar dat ik dit bijzonder moment van de heropening met jullie mag delen. Dat ik erbij mag zijn op dit vreugdevolle en fiere moment voor de grootste Synagoge van België.
Eén van jullie (beste Ari, om u niet bij naam te vermelden), vertelde me eerder het verhaal ven een leraar uit Denver, Colorado dat ik wil delen met julllie omdat ik het wel passend vind vandaag. Het is het verhaal van een zekere mijnheer Israël, geboren in het begin van de 20e eeuw in Choest, een stad in het Westen van Oekraïne, pal op de Poolse en Roemeense grens. Toen Israël 15 jaar oud was, arriveerde de meedogenloze Duitse Wehrmacht in zijn stad. De Nazi’s richtten er een getto op en begonnen met het deporteren van alle Joodse inwoners naar het vernietigingskamp van Auschwitz.
Enkele dagen vóór zijn eigen deportatie, verzamelde Israël een aantal persoonlijke voorwerpen. Dingen die hem dierbaar waren. Waaronder een zilveren, sacrale beker die zijn vader elke sabbat gebruikte. Hij groef een diepe put in de tuin van zijn grootmoeder en verstopte er de zilveren beker. Vier dagen later werd zijn familie gedeporteerd. Het grootste deel vond een gruwelijke dood in Auschwitz. Maar als bij wonder wist Israël het vernietigingskamp te overleven. Bij terugkeer in Choest, begon hij meteen te graven. Zijn vreugde was groot toen hij zijn beker terugvond. Kort erna stak Israël - zoals zovele andere Europese Joden - de Atlantische Oceaan over om er een nieuw leven te beginnen. Hij nam zijn kostbare familiebezittingen mee, waaronder uiteraard de zilveren beker die hij had moeten herstellen na de vele vertrappelingen door mensen die tijdens zijn periode in het Auschwitz in de tuin van zijn grootmoeder waren geweest.
Na de restauratie van de beker, gebruikte hij hem opnieuw voor alle belangrijke en gelukkige momenten in zijn gezinsleven: huwelijken, feesten, ceremonies. In de woorden van Israël: “Deze beker staat symbool voor het Joodse volk. Hij werd begraven, vertrappeld en als verloren beschouwd – net zoals de Joden doorheen de geschiedenis uit zovele landen zijn verdreven en gedeporteerd, opgejaagd en vervolgd, net zolang tot er niets meer van hen zou overblijven. Maar kijk, de beker is hier net zoals het Joodse volk: sterker dan ooit!”
“Sterker dan ooit”. Dat kan ook gezegd worden over ons samenkomen hier vandaag.
Zoals de voorzitter reeds vermeld heeft, is het 105 jaar geleden dat de Antwerps-Joodse gemeenschap voor het eerst samenkwam op deze plek.
Ook toen werd er een grootse plechtigheid gehouden om de opening te vieren.
De ‘Sjoel’ als kloppend hart van de Joodse religie én de Joodse cultuur.
De vreugde voor haar heropening vandaag, staat ononderbroken in verbinding met de vreugde bij haar opening in 1918. Een ononderbroken verbinding dankzij alle prachtige gebeds- en ontmoetingsmomenten die hier de afgelopen 105 jaar hebben plaatsgevonden.
Maar helaas, net zoals in het Oekraïense Choest, pakten in 1941 donkere wolken samen over Antwerpen. Kort nadat de Duitsers België hadden bezet, voerden de door Nazipropaganda opgehitste, antisemitische Vlaamse groeperingen een gruwelijke pogrom uit op de heilige plek waar wij ons nu in bevinden. Tijdens deze gewelddadige aanval op de ‘Osten Sjoel’ werden Joodse gebedenboeken verbrand en werd de hele inhoud van de synagoge vernietigd. Deze Antwerpse Kristallnacht was helaas niet het eindpunt maar slechts het begin van het antisemitische geweld in Antwerpen. De pogrom werd gevolgd door de massale Jodenvervolging die in Antwerpen haar hoogtepunt bereikte toen de Nazi-bezetter van start ging met de beruchte Joodse transporten naar de verschillende concentratie- en vernietigingskampen. Tienduizenden Belgische Joden werden op misdadige wijze verraden en vervolgens vermoord. Niet alleen de donkerste pagina uit de Joodse geschiedenis maar ook uit de Belgische geschiedenis. De gruwel van de Shoah staat in ons collectieve geheugen gegrift en mag deze nooit verlaten.
Het verhaal van ons land, is het verhaal van deze mensen. Ze zijn de levendige herinnering dat onze Belgische kracht in onze diversiteit zit. Dat we een land zijn van vrije mensen, waar verschil geen probleem is maar net een rijkdom. Dat in ons land de vrijheid van mening en de vrijheid van religie ankerpunten zijn. Een land waarin we niet allemaal op elkaar moeten lijken en allemaal hetzelfde moeten denken, maar waarin we wel met elkaar in dialoog gaan en in verbinding staan.
De Joodse geschiedenis is helaas doordrenkt van vervolging en tragische gebeurtenissen, maar net de weerbaarheid en de haast onuitputtelijke kracht van datzelfde Joodse volk heeft ervoor gezorgd dat het steeds opnieuw recht stond. Na de Tweede Wereldoorlog was dat niet anders. Zoals de Mark Twain ooit opmerkte: doorheen de geschiedenis hebben vele grote rijken geprobeerd het Joodse volk aan zich te onderwerpen - de Egyptenaren, de Babyloniërs, de Perzen, de Grieken. Maar drie millennia verder staat het Joodse volk sterker dan ooit. Vol energie.
De ongeziene veerkracht is ook zichtbaar en tastbaar hier in Antwerpen. Na ’45, herstelde de Joodse gemeenschap zich beetje bij beetje. Heel wat gebouwen, waaronder deze Oosten Sjoel, en andere Joodse instellingen werden vanaf de grond heropgebouwd. Langzaam maar zeker kwam de Joodse gemeenschap weer tot leven. Joden waren opnieuw zichtbaar in de Antwerpse straten en namen hun plek in de stad weer in. De stem van het gebed was opnieuw hoorbaar. Op 5 oktober 1944, amper een maand na de bevrijding van de stad Antwerpen, opende er al opnieuw een Joodse school. Nergens in Europa werd zo snel initiatief genomen om het Joodse leven te herstellen als hier in België.
Het is ons Belgisch geluk dat - in tegenstelling tot veel andere plaatsen in Europa waar de Nazigruwel het jodendom voorgoed uitwiste – dat hier bij ons de Joden terugkeerden. Dat ze hun leven en hun gemeenschap hier opnieuw opbouwden. In dezelfde straten waar ze leefden voor de oorlog. Zo groeide de Joodse gemeenschap van Antwerpen uit tot één van de grootste van Europa.
Dames en Heren,
Het is een half mirakel dat 82 jaar na de meedogenloze pogrom in 1941, wij hier opnieuw samen zijn om deze Sjoel te zegenen. De herinzegening markeert de symbolische overwinning van het licht op het duister. Van het goede in de mens op het kwade.
En nog belangrijker dan terugkijken op het verleden, is vooruitblikken naar de toekomst. De Joden hebben altijd bekend gestaan als vreedzame burgers die enorme bijdragen geleverd hebben aan onze samenleving. In de filosofie, de wetenschappen, kunsten en het publieke debat. Niet alleen in België, maar ook ver buiten onze landsgrenzen, zijn er bekende wetenschappers, schrijvers, artsen en filantropen die een opleiding genoten hebben aan één van de vele Joodse onderwijsinstellingen van Antwerpen.
Het verhaal van ons land, is het verhaal van deze mensen. Ze zijn de levendige herinnering dat onze Belgische kracht in onze diversiteit zit. Dat we een land zijn van vrije mensen, waar verschil geen probleem is maar net een rijkdom. Dat in ons land de vrijheid van mening en de vrijheid van religie ankerpunten zijn. Een land waarin we niet allemaal op elkaar moeten lijken en allemaal hetzelfde moeten denken, maar waarin we wel met elkaar in dialoog gaan en in verbinding staan.
Deze prachtig gerenoveerde ‘Sjoel’ zal ook de komende jaren dienstdoen als ontmoetingsplaats voor de orthodoxe joden van Antwerpen. Ik ben als premier dan ook bijzonder trots om samen met u vast te stellen dat België ook in de toekomst een warm thuisbasis zal blijven voor onze Joodse gemeenschap, die zowel religieus als cultureel een hoeksteen vormt van onze Belgische samenleving.
Dames en heren,
We moeten elke dag opnieuw het beste van onszelf geven om de intolerantie en het antisemitisme te bestrijden. We kunnen dit want we hebben het al zo vaak gedaan in onze geschiedenis. Tijdens de Spaanse inquisitie openden verschillende Brabantse en Vlaamse steden hun poorten voor vluchtende Joden. In 1939 meerde het Duitse schip St. Louis aan in de Antwerpse haven met 900 Joodse vluchtelingen aan boord. En na de Tweede wereldoorlog opende België haar deuren voor Joodse burgers uit heel Europa. Ik ben bijzonder blij om vast te stellen dat ons land en de stad Antwerpen in het bijzonder er alles aan doet om ook vandaag een veilige thuishaven te zijn voor haar Joodse inwoners. De Joodse gemeenschap vormt een integraal onderdeel van het samenleven in ons land. Waar Belgen en Joden samen, op basis van een groot wederzijds respect, ervoor gezorgd hebben dat de Joodse gemeenschap hier in deze magnifieke synagoge haar geloof kan belijden.
Ik wens de Joodse gemeenschap dan ook van harte te feliciteren met deze feestelijk herinzegening en wens ik jullie alle succes bij toekomstige initiatieven.