Telefooninlichtingen: oprichting van de centrale databank van nummers
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Telecommunicatie Petra De Sutter een voorontwerp van wet goed tot wijziging van de wet van 13 juni 2005 betreffende de elektronische communicatie, wat betreft de centrale databank van nummers.
Het voorontwerp van wet voegt een artikel 106/2 in de wet van 13 juni 2005 betreffende de elektronische communicatie in met het oog op het creëren van een wettelijke grondslag voor de oprichting van een centrale databank van nummers die bestemd is om informatie in verband met de abonnees door te geven aan de nooddiensten alsook aan de aanbieders van inlichtingendiensten en telefoongidsen.
De operatoren zijn gehouden om de in deze databank vermelde abonneegegevens in deze databank in te voeren waar deze in eerste instantie ter beschikking komen van de beheercentrales van de nooddiensten. De aanbieders van telefoongidsen en -inlichtingendiensten kunnen de voor hen nodige gegevens ook uit deze databank bekomen, mits de betrokken abonnees daartoe hun toestemming hebben gegeven.
De artikelen 45 en 46 van de wet van 13 juni 2005 worden ook aangepast om ze in lijn te brengen met het nieuwe artikel 106/2: de betreffende aanbieders doen immers een beroep op de centrale databank van nummers om abonneegegevens te bekomen en richten zich niet langer op afzonderlijke operatoren.
De Ministerraad keurt ook een ontwerp van koninklijk besluit goed waarin de modaliteiten voor de toegang tot de gegevensbank, alsook de operationele en financiële aspecten worden geregeld. De toegang is voorbehouden aan de beheercentrales van de nooddiensten, aan de aanbieders van telefoongidsen en -inlichtingendiensten, aan de abonnees voor hun eigen gegevens en aan het Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie (BIPT) in het kader van zijn controle- en onderzoekstaken.
De ontwerpen worden ter advies voorgelegd aan de Raad van State.