Strijd tegen terrorisme
Procedure voor de bevriezing van de tegoeden van bepaalde personen en entiteiten
Procedure voor de bevriezing van de tegoeden van bepaalde personen en entiteiten
De ministerraad keurde een ontwerp van koninklijk besluit goed dat voor bepaalde personen en entiteiten specifieke beperkende maatregelen invoert die de financiering van het terrorisme bestrijden. Het ontwerp is een voorstel van Minister van Financiën Didier Reynders en Staatssecretaris voor de Modernisering van de Financiën en de Strijd tegen de Fiscale Fraude Hervé Jamar. Het ontwerp is aangepast aan resolutie 1373 van 2001 van de Veiligheidsraad der Verenigde Naties wat de bevriezing van tegoeden van terroristen betreft. Daarop zijn de maatregelen gebaseerd die de Raad van de Europese Unie in zijn gemeenschappelijk standpunt 2001/931/GBVB van 27 december 2001 nam. Het ontwerp voert ook de derde speciale aanbeveling (SA III) van de Financiële actiegroep integraal toe op de bevriezing van de tegoeden van terroristen. Het ontwerp verwezenlijkt alle verplichtingen die voortvloeien uit de internationale overeenkomsten. Het voert een procedure in voor de bevriezing van de tegoeden van bepaalde personen en entiteiten. Samengevat verloopt die als volgt: Het Coördinatieorgaan voor de Analyse van de Dreiging (OCAD) maakt zijn evaluaties ambtshalve over aan de leden van het Ministerieel Comité voor inlichting en veiligheid (opgericht bij Koninklijk besluit van 21 juni 1996) zoals voorzien in de nieuwe wet op de analyse van de dreiging. Op basis daarvan stelt het Comité na overleg met de bevoegde gerechtelijke autoriteit een lijst op van personen en entiteiten die ze met de bevriezing viseert. De lijst wordt voorgelegd aan de Ministerraad en na goedkeuring gepubliceerd via koninklijk besluit. Het Comité bestudeert ten minste om de zes maanden de lijst van namen of op aanvraag van de belanghebbenden. Een dergelijke aanvraag zal gericht moeten worden aan de Minister van Financiën. De Minister maakt de aanvraag over aan het Ministerieel Comité voor inlichting en veiligheid, dat aan het Coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse kan vragen zijn analyse te actualiseren. Het Ministerieel Comité legt dan een aangepaste versie aan de Ministerraad voor. Na elke aanpassing wordt de lijst opnieuw gepubliceerd bij koninklijk besluit.