Sadia Sheikh: de ouders opnieuw voor de rechter
Brussel, 2 december 2012 – Het Instituut blijft burgerlijke partij op het proces tegen de ouders van Sadia Sheikh dat van start gaat voor het hof van assisen van Namen.
Context
Sadia werd in 2007 vermoord door haar broer omdat ze een vrouw was en zich niet mocht onttrekken aan het door haar familie opgelegde gedwongen huwelijk. Haar jongere zus en haar ouders werden in december 2011 eveneens veroordeeld door het arrest van het hof van assisen van Henegouwen wegens moord en poging tot gedwongen huwelijk met discriminerend motief als verzwarende omstandigheid. Volgend op de beslissing van het Hof van Cassatie van 25 april 2012 moeten de ouders van Sadia nu opnieuw berecht worden.
Waarom een nieuw proces?
Dit nieuwe proces stelt de veroordelingen van de broer en de zus van Sadia niet in vraag. Zij werden respectievelijk tot 15 en 5 jaar gevangenis veroordeeld. Het arrest van het Hof van Cassatie stelt ook het arrest van het hof van assisen van Henegouwen niet in vraag wat betreft het specifieke aspect ervan in de vorm van de erkenning van het gedwongen karakter van het vooropgesteld huwelijk en de verzwarende omstandigheid die verband houdt met het feit dat Sadia gedood werd precies omdat ze een vrouw was. De kritiek van het Hof van Cassatie had betrekking op de motivering van de beslissing van het hof van assisen aangaande de aard van de medewerking van de ouders aan het door hun zoon gepleegde misdrijf.
“Het is volkomen normaal dat het proces opnieuw begint”, verklaart Michel Pasteel, directeur van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen. “We willen dat Sadia’s nagedachtenis in ere wordt gehouden door de veroordeling van de daders, mededaders en/of medeplichtigen van haar moord, maar we willen ook dat dit gebeurt met respect voor de wet en met een rechtvaardig en eerlijk proces.”
De inzet
“We hopen dat de media en de publieke opinie dit nieuwe proces niet zullen interpreteren als een beroep tegen de eerste beslissing”, voegt Michel Pasteel nog toe. "Dit zou een verkeerd signaal geven voor de daders van eergerelateerd geweld.”
De kwestie van het aandeel van de ouders in het huwelijk en de moord op hun dochter is vanzelfsprekend van cruciaal belang in de strijd tegen gedwongen huwelijken, eergerelateerd geweld en in het kader van de gelijkheid van vrouwen en mannen. “Bij eermisdrijven zijn de opdrachtgevers immers vaak leden van de familie. De erkenning van de betrokkenheid van de ouders staat gelijk met de erkenning van het gewicht van de familiale gebruiken in de familie van Sadia en de gevolgen van het niet naleven ervan voor de eer van de familie”, legt Michel Pasteel uit.
Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen heeft zich burgerlijke partij gesteld in dit proces ter nagedachtenis aan Sadia en om de onduldbare gewelddaden aan de kaak te stellen in naam waarvan vele jonge meisjes worden vermoord omdat ze vrouwen zijn en weigeren dat hun vrouw-zijn wordt teruggebracht tot het respecteren van archaïsche en patriarchale culturele gebruiken.
“Door de media-aandacht zal dit proces de slachtoffers van eergerelateerd geweld zeker helpen om zich niet neer te leggen bij hun lot, er te durven over praten, en om de families die dit geweld plegen te doen begrijpen dat de toekomst van hun dochter hen niet toebehoort, dat haar keuzes niet bepalend zijn voor de eer van een hele familie en geen enkele vorm van geweld kunnen rechtvaardigen”, verklaart Michel Pasteel.
Perscontact:
Elodie Debrumetz
communicatieverantwoordelijke
02 233 49 47
04 97 23 67 67
Elodie.debrumetz@iefh.belgique.be
Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen
Ernest Blerotstraat 1
1070 Brussel
Tel : 02 233 42 65
Fax: 02/233 40 32
http://igvm-iefh.belgium.be
Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen werd opgericht in december 2002 en is de federale overheidsinstelling die instaat voor het waarborgen en bevorderen van de gelijkheid van vrouwen en mannen en de bestrijding van elke vorm van discriminatie en ongelijkheid op basis van het geslacht. Dit door het ontwikkelen en in praktijk brengen van een aangepast wettelijk kader en geschikte structuren, strategieën, instrumenten en acties. Het Instituut streeft naar het verankeren van deze gelijkheid als een vanzelfsprekendheid in de samenleving en dit zowel in de mentaliteit als in het handelen.