Registratie van aanwezigheden op tijdelijke en mobiele werkplaatsen
De ministerraad keurt op voorstel van Monica De Coninck en staatssecretaris voor de Bestrijding van de Sociale en Fiscale Fraude John Crombez een ontwerp van koninklijk besluit goed dat een aantal technische bepalingen van de wet, die het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk regelt*, op het vlak van de aanwezigheidsregistratie op bouwplaatsen uitvoert.
Het ontwerp omschrijft de regels en de voorwaarden waaraan het elektronische registratiesysteem van aanwezigheden op bouwplaatsen moet beantwoorden. Het bepaalt ook de inlichtingen en gegevens die moeten worden geregistreerd of opgehaald via authentieke bronnen. Het stelt ook de minimumvoorwaarden vast waaraan de alternatieve registratiemethode moet voldoen en omschrijft de verplichtingen en verantwoordelijkheden van de aannemers, de onderaannemers, de werknemers en de anderen. Ook het recht op de raadpleging van de gegevens wordt beschreven. Hierin wordt het advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer gevolgd.
*wet van 4 augustus 1996
ontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 31ter, § 1, tweede lid, en § 3, eerste lid, 31quinquies, vierde lid, 31sexies, § 2, derde en vierde lid, en 31septies, derde lid, van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, en van artikel 13 van de wet van 27 december 2012 tot invoering van de elektronische registratie van aanwezigheden op tijdelijke of mobiele bouwplaatsen