Overdraagbaarheid van de mobiele telecommunicatienummers
Op voorstel van de heer Rik Daems, Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand, keurde de Ministerraad twee ontwerpen van koninklijk besluit (*) goed betreffende de overdraagbaarheid van de mobiele telecommunicatienummers.
Op voorstel van de heer Rik Daems, Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, belast met Middenstand, keurde de Ministerraad twee ontwerpen van koninklijk besluit (*) goed betreffende de overdraagbaarheid van de mobiele telecommunicatienummers.
De onmogelijkheid om het bestaande mobiele nummer te behouden wanneer men van mobiele operator verandert is vandaag een grote belemmering voor de vrije keuze van de consument en voor de ontwikkeling van een daadwerkelijke mededinging in een vrijgemaakte mobiele telecommunicatiemarkt. De voordelen die een eindgebruiker kan halen uit het veranderen van mobiele operator wegen vandaag vaak niet op tegen de kosten die het veranderen van mobiel nummer met zich mee brengt. De invoering van de mobiele nummeroverdraagbaarheid heeft tot doel deze barrières uit de weg te ruimen. De principes van het KB vaste nummeroverdraagbaarheid en de bepalingen in verband met de centrale referentiedatabank dienen aan de invoering van de mobiele nummeroverdraagbaarheid aangepast te worden. Tevens wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om enkele verduidelijkingen aan te brengen in de bestaande tekst, onder meer in verband met de onderhandelingen om te komen tot een nummeroverdraagbaarheidsakkoord, en om de bepalingen van het KB vaste nummeroverdraagbaarheid in overeenstemming te brengen met de Europese vereisten (**) inzake de universele dienst en gebruikersrechten met betrekking tot elektronische communicatienetwerken en -diensten, die betrekking hebben op de nummeroverdraagbaarheid. Deze dienstverlening kan aangeboden worden aan meer dan 8 miljoen gsm-gebruikers. België komt daardoor na Groot-Brittannië en Nederland bij de Europese voortrekkers die hiermee sterk vooruit zijn op de andere Europese partners en op de gestelde timing vanuit Europa. Door de gelijktijdige combinatie met een bieptoon of transparantiesignaal is België in deze combinatie de koploper. De gestelde combinatie zal ingaan op 1 oktober 2002, na afloop van de volledige functionaliteitstesten onder toezicht van het BIPT (Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie), op 23 september e.k. Naast de overdraagbaarheid zal ook de transparantie van de netwerken een werkelijkheid worden. Door de transparantiesignaal wordt een kiestoon geactiveerd die de gsm-gebruiker verwittigt dat hij met een ander netwerk dan het zijne verbonden wordt alvorens de verbinding tot stand komt. Zo kan de oproeper nagaan dat hij van netwerk verandert en kiezen de verbinding te handhaven, in te korten of te verbreken. Op 1 september jl. waren de operatoren hier technisch niet klaar voor. Gezien het belang van de combinatie van overdraagbaarheid en bieptoon werd daarom tot uitstel beslist. Verder overleg met de operatoren en door hen uitgevoerde testen bevestigen thans dat dit haalbaar zal zijn op 1 oktober e.k. Aan de operatoren wordt een overgangsperiode toegestaan tijdens dewelke zij eventueel een afgeleid eigen systeem van bieptoon kunnen toepassen. Dit systeem moet dan uiterlijk op 31 december 2002 aan het gezamenlijke door BIPT vooropgestelde systeem worden aangepast. (*) een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de overdraagbaarheid van de nummers van de eindgebruikers van de aan het publiek aangeboden mobiele telecommunicatiediensten en een ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 maart 2000 betreffende de overdraagbaarheid van de nummers van de abonnees van de telecommunicatiediensten. (**) van artikel 30 van richtlijn 2002/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002.