Olivier Chastel presenteert de begrotingsresultaten voor 2011 en de schattingen voor 2012 aan een IMF-delegatie
Ieder jaar organiseert het Internationaal Monetair Fonds bilaterale vergaderingen met de lidstaten teneinde de macro-economische politiek te onderzoeken. Minister van Begroting Olivier Chastel heeft dus op dinsdag 24 januari 2012 een delegatie van het IMF in het kader van deze consultaties ontmoet. Dit tweede bezoek is een vervolg op het bezoek begin december tijdens dewelke de missieleden andere Belgische vertegenwoordigers hebben ontmoet.
De Minister heeft eerst de ramingen betreffende de begroting van 2011 uit de doeken gedaan waarbij hij de Belgische begrotingsinspanningen vergeleek met de andere lidstaten van de eurozone. “België sluit de begroting af met een geschat tekort van 4% van het BBP, wat hoger ligt dan gepland (3,6% volgens het Stabiliteitsprogramma)” stelde Olivier Chastel. “En hoewel de Belgische overheidsschuld 98,1% bedraagt, was de stijging van de Belgische schuld in 2011 in vergelijking met de andere landen van de eurozone minder groot. “
De begroting 2012 die, als gevolg van een advies van de Hoge Raad voor de Financiën op een economische groei van 0,8% van het BBP is gebaseerd, zal toelaten het deficit te beperken tot 2,8%. Gelet op de begrotingscontrole en wachtend op de nieuwe macro-economische gegevens van het Planbureau heeft Olivier Chastel herhaald dat België zich engageert om de noodzakelijke structurele maatregelen te nemen teneinde het deficit te verminderen en de Europese engagementen te respecteren.
De delegatie en de Minister hebben bovendien de perspectieven op middellange termijn voor 2012-2014 besproken. “Het regeerakkoord bevestigt uitdrukkelijk de doelstellingen van het Stabiliteitsprogramma, structurele hervormingen zullen dus uitgevoerd worden” heeft de Minister gepreciseerd. Het IMF heeft verklaard geïnteresseerd te zijn in de begrotingscontrole en heeft aangeduid dat het noodzakelijk is om duidelijke, effectieve en structurele maatregelen te nemen.
De commentaren van de delegatie zullen worden hernomen in het “World Economic Outlook”, een tijdschrift dat tweemaal per jaar gepubliceerd wordt.