Wijzigingen betreffende de minimale nominale volumes duurzame biobrandstoffen
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Energie Tinne Van der Straeten een ontwerp van koninklijk besluit goed tot wijziging tot van het koninklijk besluit van 4 mei 2018 dat de minimale nominale volumes duurzame biobrandstoffen vastlegt, die de volumes brandstoffen die jaarlijks tot verbruik worden uitgeslagen moeten bevatten.
Het ontwerp heeft tot doel de Europese doelstellingen te bereiken ter bevordering van hernieuwbare energie en van het gebruik van biobrandstoffen in het vervoer. Het beoogt bij te dragen tot het streefdoel om tegen 2030 een aandeel van hernieuwbare energie van minstens 14 % in het eindenergieverbruik in de vervoersector te bereiken, de afhankelijkheid van de fossiele brandstoffen te verminderen en bij te dragen tot een vermindering van de broeikasgassen in de transportsector.
Daartoe verhoogt het ontwerp het bijmengingvolume van duurzame biobrandstoffen uitgedrukt in energetische waarde vanaf 1 januari 2022 tot 10,2 %, dubbeltelling inbegrepen, op de hoeveelheid fossiele brandstoffen die jaarlijks tot verbruik uitgeslagen worden. Op die manier wordt ook het bijmengingvolume van geavanceerde biobrandstoffen verhoogd van 0,10 naar 0,11%, uitgedrukt in energetische waarde en het aandeel biobrandstoffen dat dubbel kan geteld worden van 0,6% naar 0,95% uitgedrukt in energetische waarde. Bovendien bepaalt het ontwerp dat biobrandstoffen geproduceerd uit palm- en sojaolie niet meer kunnen bijdragen tot het behalen van het bijmengingvolume en dat vanaf respectievelijk 1 januari 2023 en 1 juli 2023.
Door de stimulus voor het bijmengen van soja- en palmolie in diesel weg te nemen, betekent dit in de praktijk een volledig uitfasering zodat rijden op soja- en palmolie vanaf 2023 tot het verleden behoort. Deze schadelijke biobrandstoffen tellen voor brandstofleveranciers niet meer mee om de verplichtingen te voldoen voor hernieuwbare energie in transport.
Het ontwerp wordt ter advies voorgelegd aan de Raad van State.
Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 3 en 4 van het koninklijk besluit van 4 mei 2018 tot vastlegging van de minimale nominale volumes duurzame biobrandstoffen die de volumes brandstoffen, die jaarlijks tot verbruik worden uitgeslagen, moeten bevatten