Protocol met wijziging van Benelux-Verdrag over intellectuele eigendom wat betreft de administratieve procedure tot nietigverklaring of vervallenverklaring van merken
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders een voorontwerp van wet goed dat het Benelux-Verdrag wijzigt over de intellectuele eigendom, wat betreft de oppositie en de invoering van een administratieve procedure tot nietigverklaring of vervallenverklaring van merken.
Op Benelux-grondgebied wordt het recht van merken, tekeningen en modellen op uniforme wijze geregeld door het Benelux-Verdrag over de intellectuele eigendom (BVIE) van 25 februari 2005. Dit verdrag heeft de registratie van merken, tekeningen of modellen toevertrouwd aan het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom (het Bureau), dat in Den Haag is gevestigd. Elk jaar deponeren ruim 20.000 ondernemingen hun merk bij het Benelux-Bureau, via een eenvoudige, snelle en vrij goedkope procedure. Voor ongeveer 240 euro wordt het merk gedurende tien jaar geregistreerd en beschermd op het grondgebied van de Benelux.
Dit protocol, afgesloten op 16 december 2014 in Brussel, stelt nieuwe regels vast over de procedures voor het Bureau. Het gaat enerzijds om een uitbreiding van de gronden die in de al bestaande oppositieprocedure kunnen worden ingeroepen en anderzijds om de invoering van een nieuwe procedure, waarbij voor het Bureau de nietigverklaring of vervallenverklaring van een ingeschreven merk kan worden gevorderd. Waar de oppositieprocedure de houders van oudere merken de mogelijkheid biedt om zich binnen een korte termijn na de registratie van een jonger merk tegen de inschrijving daarvan te verzetten, gaat het bij de procedure tot nietigverklaring of vervallenverklaring om reeds ingeschreven merken.
Dankzij dit protocol zullen de ondernemingen voortaan de keuze hebben tussen een administratieve procedure voor het Bureau of een gerechtelijke procedure om de nietigheid of het verval van een Benelux-merk te verkrijgen. Deze nieuwe regels dragen bij tot een verdere harmonisering van het merkenrecht binnen de Europes Unie. Daarnaast zullen de regels zorgen voor een algemene verbetering van het Benelux merkensysteem ten gunste van de gebruikers en in het bijzonder de kleine en middelgrote ondernemingen.