Onderbrengen van bevoegdheden inzake arbeidsongeschiktheid van het RIZIV
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Maggie De Block en minister van de Zelfstandigen Willy Borsus een ontwerp van koninklijk besluit goed dat tot doel heeft om meer coherentie te brengen in de organisatie van de opdrachten van de verschillende diensten van het RIZIV op het vlak van arbeidsongeschiktheid door de bevoegdheden met betrekking tot de arbeidsongeschiktheid in de Dienst voor uitkeringen onder te brengen.
Het ontwerp van koninklijk besluit neemt, net zoals bij de werknemersregeling gedaan werd, ad-hoc maatregelen in het kader van de zelfstandigenregeling. Daardoor zal de Geneeskundige raad voor invaliditeit voortaan bevoegd zijn voor het opstellen van verslagen binnen het domein van de arbeidsongeschikheid voor zelfstandigen.
De bevoegdheid van het Comité van de Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle (CDGEC) wordt overgedragen naar het Beheerscomité voor de zelfstandigen voor wat betreft het vastleggen van de richtlijnen voor de organisatie van controle van de arbeidsongeschiktheid, op basis van de voorstellen geformuleerd door de Geneeskundige raad voor invalideiten naar advies van de Technisch Medische Raad.
De wijzigingen werden al provisoir toegepast sinds 1 januari 2015, dit K.B. bekrachtigt de nieuwe regeling ook officieel.
Het ontwerp van koninklijk besluit wordt voor advies aan de Raad van State voorgelegd en zal nadien ter ondertekening aan de Koning worden voorgelegd.
Voorontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten.