Maatschappelijke integratie voor leefloners die beginnen werken of een opleiding volgen
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Justitie Annemie Turtelboom en staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie een ontwerp van koninklijk besluit goed dat het recht op maatschappelijke integratie voor leefloners die beginnen te werken of die een opleiding volgen versoepelt.
Volgens het algemeen reglement van het recht op maatschappelijke integratie genieten leefloonbegunstigden die beginnen te werken of die een beroepsopleiding aanvatten of voortzetten, drie jaar lang een vrijstelling van maximaal 177,76 euro netto per maand (234,55 euro, geïndexeerd op 1 december 2012). Die stimulans is beperkt in de tijd en helpt de begunstigden bij hun geleidelijke herinschakeling op de arbeidsmarkt. Ze kunnen naast hun leefloon een deel van hun kleine inkomen uit het werk of de beroepsopleiding behouden als beloning voor hun inspanning op het vlak van socio-professionele inschakeling. Voor de berekening van de bestaansmiddelen wordt geen rekening gehouden met een deel van de inkomsten uit de herinschakelingsactiviteit. Het voordeel geldt vanaf de eerste werk- of opleidingsdag tot de dag drie jaar later, zelfs indien ze geen activiteit uitgeoefend hebben tijdens bepaalde periodes in die drie jaar.
Voor heel wat van de begunstigden is het moeilijk om doorlopend een activiteit uit te oefenen om recht te hebben op de volledige vrijstelling. Daarom wordt het mogelijk om de termijn van drie jaar op te schorten voor de periodes waarin leefloonbegunstigden geen klusjes of opleidingen hebben, zodat ze de vrijstelling van drie jaar tijdens een
over maximaal zes jaar gespreide periode kunnen genieten. Het is de bedoeling om de herinschakeling van deze doelgroep te bevorderen.
ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 juli 2002 houdende het algemeen reglement betreffende het recht op maatschappelijke integratie