Omzetting van Europees recht
Opvolging van de inbreukprocedures
Opvolging van de inbreukprocedures
De ministerraad nam kennis van de stand van zaken van de inbreukprocedures die de Europese Commissie tegen België heeft ingesteld en van de voorstellen die Minister van Ontwikkelingssamenwerking, belast met Europese Zaken, Olivier Chastel aan de Ministerraad heeft voorgelegd.
De Europese Commissie waakt over de correcte toepassing van het EU-recht en kan een lidstaat ter verantwoording roepen door een inbreukprocedure te starten.
Er zijn verschillende types inbreuken:
- de niet-mededeling van een richtlijn (laattijdige omzetting)
- de niet-correcte omzetting van een richtlijn
- de niet-correcte toepassing van EU-recht
- de niet-uitvoering van een arrest van het Hof van Justitie (*)
Voor de Federale Regering gaat het om 93 zaken. Uiteenlopende redenen verklaren dit aantal dat hoger ligt dan het EU-gemiddelde. Om hieraan te verhelpen hebben de Ministerraad van 18 september 2009 en het Overlegcomité van 16 september 2009 een actieplan aangenomen. Dat leidde tot een bewustwording van de problematiek en legde de basis voor concrete acties.
Op het vlak van de inbreukprocedures wegens laattijdige omzetting en de mogelijke niet-correcte omzetting van richtlijnen of wegens slechte toepassing van EU-recht dient België nog extra inspanningen ten doen. Daarom besliste de Ministerraad:
- de rol van databank Eurtransbel als beheersinstrument uit te breiden met de opvolging van de inbreukprocedures;
- zich te houden aan de opgestelde planning voor de behandeling van inbreuken;
- de overheden aan te sporen om EU-Pilot zo veel mogelijk te gebruiken
- de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister belast met Europese Zaken te vragen de belangrijkste dossiers alsook de implicaties van het Verdrag van Lissabon voor te stellen op de Ministerraad en het Overlegcomité
- de voorzitters van de directiecomités van de FOD's en POD's op de hoogte te brengen van de lopende inbreukdossiers die betrekking hebben op hun administratie.
Op termijn komt er eveneens een handleiding voor de inbreukprocedures en zal hun behandeling deel uitmaken van de opleidingen Europees recht.
Ten slotte wordt de samenwerking met de Europese Commissie versterkt door informele contacten, pakketvergaderingen en de betere communicatie aan de Commissie van dossiers die in orde zijn of die vertraging oplopen. Daarnaast worden nog extra actoren ingezet zoals de Hoge Werkgroep Omzetting en de Gemengde Hoge Werkgroep, die interne concordantietabellen zal opstellen, en het Auditcomité van de Federale overheid, die waakt over de opvolging van de procedures door ze te integreren in een intern controlesysteem.
(*) De inbreuk wegens niet-uitvoering van een arrest kan gaan over een niet-mededeling (type a), over niet-correcte omzetting van richtlijnen (type b) of over de niet-correcte toepassing van EU-recht (type c). Het onderscheid met de andere types wordt gemaakt omdat het hier reed over een arrest gaat, dat België veroordeelt.