Ministerie van Landsverdediging
Belgische militairen aan boord van koopvaardijschepen
Belgische militairen aan boord van koopvaardijschepen
De ministerraad van 30 april 2009 besliste in het kader van de bescherming van de Belgische koopvaardijvloot tegen piraterij voor de kust van Somalië, militaire bijstand te verlenen. Het betreft een gezamenlijk initiatief van de FOD Buitenlandse Zaken en het Ministerie van Landsverdediging op voorstel van de Eerste Minister.
In eerste instantie moet de Belgische koopvaardijvloot bescherming vragen aan de EU-vloot in het kader van de opdracht ‘Atalanta’, die vandaag al in de regio loopt en waaraan, vanaf september, ook het Belgische marinefregat ‘Louise-Marie’ zal worden gehecht.
Indien de operatie Atalanta de bescherming van de koopvaardijschepen onder Belgische vlag niet kan verzekeren, kunnen de reders van deze vaartuigen beroep doen op, in principe, acht militairen per schip voor de bescherming. Een eerste proefperiode loopt van begin mei tot eind juni.
De reders zullen de kosten die voorvloeien uit de inzet van onze troepen aan Defensie vergoeden. Elke reder zal vooraf moeten aantonen dat zijn schip voldoende verzekerd is voor deze maritieme regio. Defensie kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade ten gevolge van piraterij aan schip, lading en bemanning.
Defensie zal haar militairen in een tijdspanne van 48 uur na het afsluiten van alle noodzakelijke formaliteiten door de reders activeren.
De beslissing om al dan niet op te treden tegen piraten ligt bij de militaire teamleider.