Invoering van de overgangsuitkering voor jonge weduwnaars en weduwen - tweede lezing
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Pensioenen Alexander de Croo, in tweede lezing een voorontwerp van wet goed tot wijziging van de wetgeving betreffende de overlevingspensioenen van de overheidssector.
Het voorontwerp voert de overgangsuitkering in ter vervanging van het overlevingspensioen dat uitgekeerd wordt aan jonge weduwnaars of weduwen. De overgangsuitkering heeft tot doel het financiële verlies, veroorzaakt door het overlijden van de echtgenoot, te helpen opvangen. In tegenstelling tot het overlevingspensioen heeft deze uitkering ook een activerende rol. Ze is immers tijdelijk van aard en mag onbeperkt gecumuleerd worden met loon en sociale uitkeringen.
De overgangsuitkering is bestemd voor de weduwnaars en weduwen die de leeftijd om recht te hebben op het overlevingspensioen nog niet hebben bereikt. De leeftijd waarop men recht heeft op een overlevingspensioen wordt echter van 45 op 50 jaar gebracht via een geleidelijke verhoging met zes maanden per jaar. Vanaf 2025 moet men dus 50 jaar zijn om een overlevingspensioen te kunnen ontvangen voor men de wettelijke pensioenleeftijd heeft bereikt.
Het nieuwe stelsel gaat in op 1 januari 2015 en geldt voor alle overlijdens vanaf 1 januari 2015.Voor mensen die vandaag een overlevingspensioen ontvangen, wijzigt er niets.
Het voorontwerp kreeg de goedkeuring van het Comité A.