Innen van retributies door de gemeenten voor bepaalde verblijfsvergunningen
De ministerraad keurt op voorstel van staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken een voorontwerp van wet en een ontwerp van koninklijk besluit goed die de gemeenten de mogelijkheid bieden om retributies te innen voor het vernieuwen, verlengen of vervangen van bepaalde verblijfsvergunningen.
Het voorontwerp van wet laat de Koning toe om het maximumbedrag te bepalen van de retributies die door de gemeenten kunnen geïnd worden voor het vernieuwen, verlengen of vervangen van de verblijfsvergunningen, bepaald via koninklijk besluit. Deze retributies vormen de billijke vergoeding van de door de gemeenten geleverde administratieve diensten en dienen dan ook onderscheiden te worden van de vergoedingen ten laste van de gemeenten voor de uitreiking van documenten.
Het ontwerp van koninklijk besluit bepaalt de verblijfsvergunningen waarvoor de gemeenten retributies kunnen innen voor het vernieuwen, verlengen of vervangen ervan. Het gaat om het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister - tijdelijk verblijf (elektronische A-kaart). Het maximumbedrag van de retributie wordt vastgesteld op 50 euro voor het vernieuwen, verlengen of vervangen van het bewijs van inschrijving. De gemeenten mogen deze retributie maximaal eenmaal per jaar innen.
De ontwerpen worden voor advies aan de Raad van State voorgelegd.
Voorontwerp van wet tot wijziging van de wet van 14 maart 1968 tot opheffing van de wetten betreffende de verblijfsbelasting voor vreemdelingen, gecoördineerd op 12 oktober 1953
Ontwerp van koninklijk besluit tot bepaling van de verblijfsvergunningen waarvoor de gemeenten retributies kunnen innen voor het vernieuwen, verlengen of vervangen ervan en tot bepaling van het maximumbedrag bedoeld in artikel 2, §2, van de wet van 14 maart 1968 tot opheffing van de wetten betreffende de verblijfsbelasting voor vreemdelingen, gecoördineerd op 12 oktober 1953