Grote verpakkingen geneesmiddelen
Op voorstel van de heer Frank Vandenbroucke, Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit (*) goed tot vaststelling van het persoonlijk aandeel van de rechthebbenden in de kosten van de in het raam van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen vergoedbare farmaceutische verstrekkingen.
Op voorstel van de heer Frank Vandenbroucke, Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit (*) goed tot vaststelling van het persoonlijk aandeel van de rechthebbenden in de kosten van de in het raam van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen vergoedbare farmaceutische verstrekkingen.
Dit ontwerp heeft als doel om het maximum van de remgelden op grote verpakkingen van geneesmiddelen aan te passen. Vandaag is het zo dat het remgeld voor geneesmiddelen terugbetaald in categorie B en C procentueel wordt uitgedrukt en tegelijk een plafond bevat om de patiënt te beschermen tegen te hoge remgelden. Dit heeft als gevolg dat voor een aantal geneesmiddelen het remgeld voor een grote en een kleine doos exact hetzelfde is. Hierdoor kan verspilling optreden doordat nieuwe behandelingen onmiddellijk met een 3-maandenverpakking worden gestart. Als de patiënt zijn therapie stopt, bijvoorbeeld door nevenwerkingen of gebrek aan werking, dan is de rest van de verpakking verspild. Om hieraan tegemoet te komen worden de plafonds van de remgelden van de geneesmiddelen terugbetaald in categorie B voor de grote verpakkingen (meer dan 60 eenheden) verhoogd met 50%. Deze maatregel moet een minderuitgave voor het RIZIV teweegbrengen van 8,5 miljoen euro op jaarbasis. (*) tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 mei 1991.