Fipronil – De federale regering wordt het eens over 10 maatregelen om de getroffen bedrijven te steunen
Naast alle maatregelen die werden genomen op het vlak van de volksgezondheid om de voedselveiligheid te garanderen en rekening houdend met de context van de crisis en de economische gevolgen voor de bedrijven, wil de federale regering de sectoren die het slachtoffer zijn van de fipronilcrisis ondersteunen.
Ingevolge de Task Force die op 10 augustus laatstleden plaatsvond op initiatief van de eerste minister, is de federale regering het eens geworden over tien concrete sociaaleconomische maatregelen om de getroffen bedrijven te helpen.
1. Een afbetalingsplan van de werkgeversbijdragen is op eenvoudige aanvraag van de werkgever beschikbaar voor de getroffen bedrijven, zonder gerechtelijke procedure. De aanvraag kan online worden ingediend via een aanvraagformulier op de portaalsite van de sociale zekerheid. De werkgever krijgt binnen de tien werkdagen na zijn aanvraag een antwoord. Op basis van de bij haar beschikbare gegevens, zal de RSZ bovendien proactief op zoek gaan naar bedrijven uit de sector die betalingsproblemen ondervinden en hen op eigen initiatief contacteren om samen naar de beste oplossing te zoeken om hun financiële problemen op te vangen.
2. Een volledige of gedeeltelijke vrijstelling van verhogingen en intresten in geval van laattijdige betaling van de werkgeversbijdragen is eveneens mogelijk indien de voorgaande kwartalen op tijd werden betaald. De aanvraag kan worden ingediend bij de inningsdienst van de RSZ.
3. De invoering van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht in de pluimveebedrijven en de voedingsindustrie. De werkgever die overmacht inroept, moet een dossier indienen bij het werkloosheidsbureau dat bevoegd is voor zijn vestigingsplaats, met de bewijzen dat hij zorgvuldig heeft gehandeld en dus niet verantwoordelijk is voor de werkloosheid; dat het onmogelijk is de vermelde werknemers tijdens de aangegeven periode tewerk te stellen. Deze richtlijnen gelden voor de maand augustus 2017.
4. Betalingsfaciliteiten op het vlak van bedrijfsvoorheffing en btw zijn eveneens mogelijk. Het gaat om een vrijstelling van nalatigheidsintresten en uitstel van geldboeten wegens niet-betaling of laattijdige betaling, op voorwaarde dat het bedrijf kan bewijzen dat ze financiële problemen ondervindt als gevolg van de fipronilcrisis (aan de hand van documenten die de volgende elementen kunnen aantonen: daling van de omzet, annulering van bestellingen en/of reservaties, kettingreactie van de partnerbedrijven, etc.). De aanvraag moet bij de FOD Financiën worden ingediend.
5. Drie maatregelen inzake het sociaal statuut van de zelfstandigen van de pluimveesector, de voedingssector of de handelssector die aantonen dat ze directe en financiële schade ondervinden omwille van de fipronilcrisis. De zelfstandige werknemers zullen de volgende maatregelen genieten: mogelijkheid om op eenvoudige aanvraag bij het sociale verzekeringsfonds en zonder verhoging de betaling van hun sociale bijdragen met een jaar uit te stellen voor het derde en vierde kwartaal van 2017 (zonder dat dit een impact heeft op de uitkeringen); groepering van de dossiers in verband met de vrijstelling van bijdragen met het oog op een snellere en eenvormige behandeling; erkenning als “sector in crisis”, waardoor ze hun sociale bijdragen gemakkelijker kunnen verlagen. Deze maatregelen worden geconcretiseerd in een nota van de minister van Zelfstandigen aan de sociale verzekeringsfondsen.
6. Invoering van een mechanisme voor collectief herstel (class action). De crisis vindt haar oorsprong in fraude. De overtreders zullen naar alle waarschijnlijkheid vervolgd worden. De klassieke gerechtelijke weg maakt het mogelijk de plegers van de feiten burgerlijk aansprakelijk te stellen en een gerechtelijke veroordeling tot het herstel van de schade in te stellen. Er bestaat evenwel geen rechterlijk mechanisme dat het mogelijk maakt voor bedrijven, en a fortiori kmo’s, een rechtsvordering tot collectief herstel in te dienen. Deze mogelijkheid bestaat nochtans, maar enkel ten voordele van de consumenten. Daarom bestudeert de regering de uitbreiding van het toepassingsgebied van de wet inzake de rechtsvordering tot collectief herstel, om ook bedrijven, en in het bijzonder de kmo’s, in staat te stellen een collectieve vordering tot schadeloosstelling in te dienen, via een vertegenwoordiger, om het herstel van de schade te bekomen.
7. Bankkrediet. In overleg met de regering zal de banksector de financiële situatie van de bedrijven die schade hebben geleden door de fipronilcrisis aandachtig analyseren en indien nodig aanpassingen voorzien aan de kredieten die hen werden toegekend. Het is de bedoeling dat de kredietinstellingen die door de kredietnemers worden bevraagd, geval per geval kunnen onderzoeken. Indien nodig zouden de terugbetalingen van de kredieten die vroeger werden toegekend aan de bedrijven, kunnen worden herschikt wanneer zij geconfronteerd worden met betalingsmoeilijkheden door de gevolgen van de crisis in de sector.
8. Versterking van de informatiecapaciteit van het FAVV bestemd voor de informatieverstrekking aan de actoren in de voedselketen die getroffen zijn door de crisis. Het FAVV zal overgaan tot een tijdelijke versterking van zijn diensten om te antwoorden op de vragen van de getroffen actoren uit de voedselketen via de tijdelijke herschikking van personeelsleden die momenteel aan de slag zijn bij de lokale controle-eenheden.
9. Burgerlijke partijstelling door de staat. Omdat het gaat om fraude gepleegd door operatoren, moeten zij burgerlijk aansprakelijk gesteld worden om de schade te herstellen die werd veroorzaakt door de strafrechtelijke fout die zij gepleegd hebben. De staat is gerechtigd om ook het herstel van haar schade te bekomen: algemene economische schade, gemaakte kosten en enige andere schade.
10. Schadeloosstelling van de getroffen bedrijven. De staat wil deze sector in moeilijkheden steunen door een compensatiemechanisme in te voeren ten voordele van de getroffen bedrijven. De creatie van dit mechanisme zal de goedkeuring vereisen van een wetgeving om de organieke wet van het FAVV aan te passen teneinde het deze opdracht toe te vertrouwen. Deze wet zal de interventievoorwaarden, de interventieplafonds, de categorieën van begunstigden en de procedure voor de toekenning van steun moeten definiëren. Er worden twee soorten hulp overwogen. Enerzijds de vergoeding van de werkingskosten veroorzaakt door de crisis, onder meer de kosten met betrekking tot het vervoer, de schoonmaak, de behandeling, de vernietiging of de ontsmetting van dieren en producten; het nemen van monsters en analyses. Anderzijds de activering van de FAVV-reserve voor vergoedingen ter compensatie van de inkomstenderving door de vernietiging van producten, of met andere woorden, de terugbetaling van vernietigde producten op forfaitaire basis.
Al deze maatregelen zullen formeel worden bevestigd tijdens de volgende Ministerraad, waar ook de wetsontwerpen en de koninklijke besluiten zullen worden voorgelegd die de goedgekeurde maatregelen een wettelijke basis verlenen.
Aangezien alle of een deel van de getroffen maatregelen projecten kunnen vormen die staatssteun invoeren of wijzigen, gaat de Belgische regering alle maatregelen bovendien op voorhand bekendmaken aan de Europese Commissie. Er zijn hierover al contacten geweest en de hoogdringendheid zal worden ingeroepen.