27 feb 2015 13:10

Een KMO-plan om het leven van de ondernemingen te vereenvoudigen

De Ministerraad heeft deze vrijdag 27 februari het “Federale KMO-plan” van de minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO’s, Landbouw en Maatschappelijke Integratie, Willy Borsus (en de medeondertekenende ministers, Kris Peeters, Vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel, Maggie De Block, Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Johan Van Overtveldt, Minister van Financiën) goedgekeurd. Deze regering wil, via de maatregelen die zij wil nemen, 100% “KMO-vriendelijk” zijn.

Het “KMO-plan” stelt 40 concrete maatregelen voor om de KMO’s te ondersteunen in hun ontwikkeling.

 

Ter herinnering, de KMO’s vertegenwoordigden in 2013 99% van de ondernemingen, 68,9 % van de private tewerkstelling (of 1.780.505 loontrekkenden) en 61.6 % van de toegevoegde waarde. Parallel daarmee heeft het aantal zelfstandigen in 2014 de kaap gerond van het miljoen: in 2014 waren zij met 1.005.167, tegen 857.694 in 1994.

 

Op Belgisch niveau geeft het regeerakkoord de KMO’s een centrale plaats en voorziet het met name de uitwerking van dit federale plan.

 

Het federale KMO-plan draait rond vijf assen en een multisectorale as.

 

AS 1 : COMPETITIVITEIT, FISCALITEIT EN STRIJD TEGEN SOCIALE DUMPING

 

De regering wil prioriteit geven aan het scheppen van banen.  De ambitie bestaat erin een groeibeleid te voeren dat gericht is op de versterking van onze competitiviteit en dat ervoor zorgt dat onze ondernemingen extra banen creëren. Daarom bevestigt de regering de doelstelling van het Nationale Hervormingsplan om, in uitvoering van de EU2020-strategie, te komen tot een werkzaamheidsgraad van 73,2% voor het einde van deze legislatuur. Dit zal onder andere worden verwezenlijkt door de arbeidskosten te verminderen, via het wegwerken van de loonhandicap, en de arbeidsmarkt en pensioenen verder te hervormen terwijl het socialezekerheidsstelsel wordt geconsolideerd, onder andere via de welvaartsenveloppe.


=> Voorbeelden van maatregelen:

 

• Versterking en vereenvoudiging van de bijdragevermindering voor de eerste drie aanwervingen


• Vermindering van de liquidatieboni:

o Basistarief: 25 % -  vermindering met 15 %
o De KMO’s zullen elk jaar een deel van hun belastbare winst kunnen plaatsen op een afzonderlijke passiefrekening
o Deze reserves maken het voorwerp uit van een vervroegde belasting van 10%


• Verhoging van de btw-vrijstellingsdrempel voor kleine ondernemingen tot 25.000 euro


• De groei van ondernemingen ondersteunen, met bijzondere aandacht voor de KMO’s, door met name productieve investeringen aan te moedigen: er zullen dus fiscale stimulansen ingevoerd kunnen worden om de zogeheten “productieve” investeringen te bevorderen, zoals bijvoorbeeld investeringen die jobs creëren, met een hoge toegevoegde waarde, met een O&O-inhoud, enz. De regering zal dus via stimulansen erop toezien dat deze investeringen die voor de groei van morgen zullen zorgen, bevorderd worden.


werkgeversgroepering: versoepeling van het dispositief en het transparanter maken zodat het toegankelijker wordt voor de zeer kleine ondernemingen.

 

AS 2 : VERBETERING VAN HET SOCIAAL STATUUT EN BEVORDERING VAN HET ONDERNEMERSCHAP

 

Deze regering heeft besloten om het ondernemerschap bovenaan haar prioriteiten te plaatsen. Zij die ondernemen en jobs en meerwaarde creëren, verdienen het ondersteund te worden. Er zal worden gewerkt aan een mentaliteitswijziging op het vlak van innovatie, creativiteit en het nemen van risico’s. Bovendien, gelet op de risico’s die zij nemen bij de uitoefening van hun beroepsactiviteit, moeten de zelfstandigen kunnen genieten van een sociale bescherming, die die naam waardig is. De verbetering van hun sociaal statuut en de verzekering van een zeer nauwkeurige en billijke financiering van dit statuut moeten sleutelelementen blijven van het beleid dat gevoerd wordt inzake de sociale zekerheid van de zelfstandigen.

 

Het sociaal statuut der zelfstandigen moet een waardige, sterke en coherente sociale dekking waarborgen. Dit statuut is de afgelopen jaren sterk verbeterd: de berekeningswijze van de bijdragen werd aangepast om ze beter te laten overeenkomen met de economische realiteit van de zelfstandigen, de kleine risico’s werden geïntegreerd in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorgingU, en het bedrag van het minimumpensioen werd geleidelijk verhoogd. 

 

Het sociaal statuut der zelfstandigen moet echter nog versterkt worden, niet alleen omdat het een sociale vooruitgang is die de staat moet bieden aan zijn ondernemers, maar ook omdat een sterk sociaal statuut een stimulans is om te ondernemen. Willy Borsus wil de verbetering van het sociaal statuut der zelfstandigen voortzetten, om ervoor te zorgen dat zij toegevoegde waarde blijven leveren aan onze economie.

 

=> Voorbeelden van maatregelen:

 

• aanpassing van het systeem van de verhogingen dat vandaag te bestraffend is
• verbetering van de procedure voor de vrijstelling van betaling van sociale bijdragen (versnelde procedure…)
creatie van de sociale verzekering in geval van gedwongen stopzetting om externe economische redenen
• een oplossing vinden voor de impact van een gemengde loopbaan op het minimumpensioen
• een tweede pensioenpijler toegankelijk maken voor de zelfstandigen die actief zijn als natuurlijk persoon
• een echt statuut student-ondernemer invoeren: de regering wil de studenten laten beschikken over een statuut van “student-ondernemer” om een ondernemerschapsproject op te starten.
Afstemming van het minimumpensioen van de zelfstandigen op dat van de loontrekkenden
• Evaluatie van de hervorming van de sociale bijdragen

 

AS 3 : TOEGANG TOT FINANCIERING – FAILLISSEMENT – TWEEDE KANS

 

Willy Borsus wil de toegang tot krediet voor ondernemers versterken. Eén KMO op drie zegt afgezien te hebben van een kredietaanvraag, uit vrees voor een weigering of buitensporige vereisten. Meer dan één KMO op tien (12,9 %) werd in 2012 geconfronteerd met een weigering van het bankkrediet. Voor de kleinste ondernemingen is dat meer dan één ZKO op vijf (22,7 %). Het is van cruciaal belang dat de bankactoren de weg terugvinden naar hun basisopdracht: de ondersteuning van de reële economie.

 

Tot slot wil de minister van KMO’s de mogelijkheden onderzoeken om de toegang voor ondernemers die opnieuw beginnen opnieuw vlot te trekken. In de ogen van de minister is het tweedekansondernemerschap van kapitaal belang. De verschillende “tweedekans”-voorzieningen voor de ondernemers die hun niet-leefbare activiteit vrijwillig hebben stopgezet, zullen dus worden uitgebreid.

 

In 2013 zijn er 12.306 ondernemingen failliet gegaan in België, wat neerkomt op een toename met meer dan 11% in vergelijking met het vorige record uit 2012 (11.052 faillissementen).

 

=> Voorbeelden van maatregelen:

 

• Hervorming van de summiere rechtspleging om betaling te bevelen:
o Sneller een uitvoerbare titel bekomen met het oog op de invordering van onbetwiste schulden
o Uitbreiding van de afschaffing van de drempel waarboven de summiere procedure niet meer kan worden opgestart (> 1.860€) naar de schulden B to C
o Verlichting van de procedure door de tussenkomst van een advocaat facultatief te maken


• Evaluatie van de relatie tussen banken en ondernemingen (evaluatie van de wet van 21 december 2013 die erop gericht is om de rechten en plichten van kredietnemers en kredietgevers opnieuw in evenwicht te brengen, met het oog op de versterking van de toegang tot krediet voor ondernemers)


• De nadruk leggen op de financiële vorming van starters en KMO’s (bv. : beroep op de beoefenaars van een cijferberoep…)


• Ontwikkeling en bevordering van crowdfunding (bijvoorbeeld: evaluatie van de mogelijkheid om te handelen via fiscale hefbomen, maar ook erop toezien dat de risico’s voor particulieren, inherent aan dit type van investering, zo goed mogelijk beheerst worden …)


• Herziening van het dispositief betreffende de onvatbaarheid voor beslag van de hoofdverblijfplaats


• De gefailleerde in staat stellen om de weg naar het krediet terug te vinden (met name door onderhandelingen met Febelfin).

 

AS 4 : ADMINISTRATIEVE VEREENVOUDIGING

 

De administratieve lasten behoren tot de voornaamste problemen waarmee de ondernemers worden geconfronteerd. Het gaat ook om het belangrijkste probleem van de starters in de opstartfase, en wordt genoemd als één van de belangrijkste hinderpalen voor groei door één ondernemer op twee (50,8 %).

 

Deze regels van onze samenleving en de administratieve formaliteiten worden door de ondernemingen als “buitensporig” en “moeilijk toe te passen” aanzien. Deze situatie is met name het resultaat van het feit dat de bedrijvenwereld niet altijd betrokken werd in de uitwerking en vooral de uitvoeringsmodaliteiten van de reglementering.

 

De doelstelling is om de administratieve lasten met 30% te verminderen.


=> Voorbeelden van maatregelen:

 

• Van de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) de unieke administratieve gesprekspartner van de KMO’s maken
• Om de toegang van ondernemingen tot overheidsopdrachten te verbeteren, een systeem invoeren voor de systematische bekendmaking van de aankondigingen van opdrachten op de bestaande elektronische portaalsites “overheidsopdrachten” en erover waken dat de ondernemingen die voor een bepaald type van overheidsopdrachten belangstelling hebben getoond, de betreffende lastenkohieren elektronisch ontvangen.

 

AS 5 : INTERNATIONALISERING VAN KMO’s

 

Recente studies hebben aangetoond dat slechts een kwart van de KMO’s internationaal actief is. Voor de ZKO’s gaat het om 20%. Nochtans is de internationalisering van KMO’s, de opening van nieuwe markten, cruciaal voor de ondersteuning van de groei van onze economie. De ondernemingen die internationaal actief zijn, groeien sneller in termen van omzet en tewerkstelling. Zij tonen zich innovatiever en productiever.

 

De KMO’s hebben onze steun nodig: enerzijds is de rol van de banksector primordiaal in de financiering van de nieuwe behoeften (investering en werkkapitaal) die cruciaal zijn voor de ontwikkeling van de onderneming op de nieuwe markt.  Deze ontwikkeling gaat gepaard met nieuwe risico’s die beheerst moeten worden. Dit moet besproken worden met de banksector. Anderzijds, en zonder de rol van de Gewesten in dit domein te ontkennen, beschikt het federale niveau, rechtstreeks of onrechtstreeks, over belangrijke hefbomen en instrumenten.

 

Denk hierbij maar aan het Agentschap voor Buitenlandse Handel, de Belgische Maatschappij voor Internationale Investering, FINEXPO, BIO INVEST en  de Delcredere groep, die een staatsgarantie geniet.


=> Voorbeelden van maatregelen:

 

• vereenvoudiging van de toegang van de KMO’s tot het Europese octrooi (oprichting van een lokale Belgische afdeling die in het Engels en in de nationale talen werkt, om te vermijden dat onze ondernemingen naar Parijs, Londen of München moeten gaan om hun rechten te verdedigen).


AS 6 : SECTORALE MAATREGELEN

 

Naast deze transversale maatregelen die alle KMO’s aanbelangen, wil Willy Borsus zich ook richten op de specifieke problemen waarmee bepaalde sectoren in het bijzonder worden geconfronteerd.

 

- ondersteuning van de arbeidsintensieve sectoren:
o Horeca-plan
 Korting op de arbeidskosten in een arbeidsintensieve sector voor overuren.
 Hervorming van de gelegenheidsarbeid: de grens van 100 dagen verhoogd naar 200 dagen
 Voor de werknemers die al minimaal een 4/5de job hebben bij een andere werkgever, voorziet het regeerakkoord dat zij voor hun prestaties in de horecasector hun nettosalaris zullen genieten + 25% werkgeversbijdragen
 Administratieve vereenvoudiging ten voordele van de sector (o.a. sociale documenten zoals DIMONA)

o De bouwsector met het Actieplan tegen sociale dumping, goedgekeurd door de Ministerraad van 05/12/2014 dat de identificatie en de verspreiding voorziet van de voorbeelden van goede praktijken die al door sommige sectoren werden ingevoerd, net als een pleidooi voor de harmonisering van de Europese wetgeving inzake de detachering


- Ondersteuning van de elektronische handel:
o Creatie van een gelijk Europees speelveld op vlak van productveiligheid, 
o Initiatieven voor een betrouwbaar platform voor online betaling, dat aanvaardbaar is voor de binnenlandse retailers, 
o onderzoek van de wetgeving inzake nachtarbeid om het nachtelijk voorbereiden van verzendingen concurrentieel te maken met de buurlanden,
o verbetering van de online veiligheid door een betere opvolging van klachten (hacking, phishing, kredietkaartfraude)
o onderzoek naar de haalbaarheid van een volledig dekkend en meer frequent gebruikt ADR-systeem (alternatieve geschillenbemiddeling) zodat een onderling vergelijk vlotter buiten de rechtbank gevonden wordt.


- valorisatie van de ambachten:
o momenteel ongeveer 180 000 ondernemingen in de sector
o De regering zal de toepassingsmaatregelen nemen van de wet van 9 maart 2014 houdende wettelijke definitie van de ambachtsman, waaronder de invoering van een logo dat gebruikt zal kunnen worden door de ondernemingen die erkend worden als ambachtsman in de zin van deze wet en een website met een lijst die enkel bestaat uit deze ondernemingen.
o Bovendien zal de regering, in overleg met de sector, toezien op de naleving van de voorwaarden die het mogelijk maken een beroep te doen op de hoedanigheid van ambachtsman en zal activiteiten ondersteunen om de ambachten te valoriseren, zoals Ambacht in de Kijker, de Dag van de Ambachten en een Universiteit van de Ambachten.


- Ondersteuning van de handelssector:
o De regering zal een staten-generaal van de handel organiseren om, in overleg met de betrokken sectoren, de wettelijke bepalingen te evalueren die van kracht zijn en de te nemen maatregelen te identificeren om de sector te ondersteunen (bestrijding van winkeldiefstal, toegankelijkheid van elektronische betalingen,…). De regering denkt met name aan fiscale maatregelen ten voordele van de investeringen ter preventie van diefstal.
o Op het vlak van justitie zal de regering initiatieven nemen om de strijd aan te gaan tegen kleine winkeldiefstallen, ofwel door de uitbreiding van de initiatieven die het mogelijk maken om de daders te vervolgen voor de snelrechtkamers, ofwel door systematisch een schikking  voor te stellen aan de delinquent.
Tot slot, wat de betalingen betreft, wil de regering, in overleg met de betrokken actoren, de nadelen voor de KMO’s wat betreft de kosten voor elektronische transacties verminderen.
o Uitvoering van het KMO-plan

 

Er zullen zeer binnenkort technische groepen worden bijeengeroepen om de voorstellen van het federale KMO-plan te ontwikkelen en te concretiseren. Op deze manier zal elk voorstel binnen de kortst mogelijke tijdspanne uitgevoerd kunnen worden (met name rekening houdend met de budgettaire aspecten en de administratieve haalbaarheid).

 

De Minister van KMO’s zal een keer per kwartaal een stand van zaken geven aan de Ministerraad over de vooruitgang van elke voorgestelde maatregel, in de vorm van fiches, vanaf april 2015.

 

We moeten erop wijzen dat de maatregelen die in deze nota worden voorgesteld, niet noodzakelijk een vastgelegd programma vormen en dat het huidige plan kan worden aangevuld met nieuwe maatregelen, met name in functie van het komend overleg. De boodschap van de minister is deze: alle goede ideeën om het leven van de KMO’s te vereenvoudigen zijn welkom!

 

Willy Borsus verklaarde het volgende: “De regering heeft ervoor gekozen om de KMO’s en de Zelfstandigen centraal te plaatsen in haar beleid. Zij zijn het die jobs en rijkdom creëren. Onze “KMO-vriendelijke” regering wil hun leven zo veel mogelijk vereenvoudigen. Dit “KMO-plan”, dat werd ontwikkeld met mijn medeondertekenende collega’s, is het kader waarbinnen een reeks verwachte belangrijke maatregelen zullen worden georganiseerd.”