De OVSE-Voorzitter roept Belgrado en Podgorica op om de dialoog na het referendum voort te zetten

OVSE-Voorzitter Karel De Gucht, de Belgische Minister van Buitenlandse Zaken, heeft er vandaag bij Belgrado en Podgorica op aangedrongen hun dialoog voort te zetten over de manier waarop ze hun toekomstige betrekkingen gaan organiseren naar aanleiding van het referendum van zondag in verband met het staat-statuut voor Montenegro.

De OVSE-Voorzitter roept Belgrado en Podgorica op om de dialoog na het referendum voort te zetten BRUSSEL, 22 mei 2006 - OVSE-Voorzitter Karel De Gucht, de Belgische Minister van Buitenlandse Zaken, heeft er vandaag bij Belgrado en Podgorica op aangedrongen hun dialoog voort te zetten over de manier waarop ze hun toekomstige betrekkingen gaan organiseren naar aanleiding van het referendum van zondag in verband met het staat-statuut voor Montenegro. Hij deed tevens een oproep aan alle politieke machten, zowel in Montenegro als in Servië, om het resultaat van het referendum te accepteren en vooruit te gaan. Minister De Gucht verwelkomde de zeer hoge opkomst, die de belangstelling van de kiezers voor het referendum aantoont, en hij begroette tevens het feit dat de bevolking van Montenegro over dit belangrijk onderwerp zijn mening kon uiten in een referendum dat op overeengekomen regels en procedures gebaseerd is. "Deze stemming is een duidelijk voorbeeld van het feit dat politieke aangelegenheden met democratische middelen opgelost kunnen worden. Ik nodig de leiders in Belgrado en Podgorica uit deze tendens te bestendigen", verklaarde Minister De Gucht, en hij voegde eraan toe dat "alle politieke machten moeten samenwerken in het belang van de regionale stabiliteit". De Voorzitter verklaarde dat de OVSE klaar stond om zijn actieve deelname op het terrein voort te zetten om beide republieken bij te staan in hun democratisch hervormingsproces. "Die hervormingen moeten in beide republieken voortgezet worden aangezien de strategische doelstelling zowel voor Montenegro als Servië de Euro-Atlantische integratie is." Volgens de internationale observatiemissie van het referendum, die het OVSE-Bureau voor Democratische Instellingen en Mensenrechten (ODIHR) en andere internationale actoren omvatte, verliep het referendum in overeenstemming met de verbintenissen van de OVSE en de Raad van Europa evenals met andere internationale normen voor een democratisch verkiezingsproces.