COVID-19: verlenging van de vrijstelling van sociale bijdragen op de overuren in de essentiële sectoren
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Sociale Zaken Frank Vandenbroucke een ontwerp van koninklijk besluit goed dat beoogt de 120 vrijwillige overuren gepresteerd in het derde kwartaal van 2021 in de essentiële sectoren uit te sluiten van het loonbegrip in de sociale zekerheid.
Om de coronacrisis in te dijken heeft de regering maatregelen genomen met ingrijpende economische en sociale gevolgen voor verschillende sectoren. Om deze gevolgen zo veel mogelijk te beperken voor werkgevers en werknemers en de leefbaarheid van de getroffen sectoren te ondersteunen, heeft het kernkabinet op 17 mei besloten een reeks sociaaleconomische steunmaatregelen te verlengen met een extra kwartaal, dus tot en met 30 september 2021.
Dit ontwerp van koninklijk besluit voorziet dat de 120 vrijwillige overuren gepresteerd in het derde kwartaal van 2021 in de essentiële sectoren worden uitgesloten van het loonbegrip in de sociale zekerheid. Er zijn dus geen sociale bijdragen op verschuldigd. Deze steunmaatregel is een verlenging van een maatregel die tijdens de eerste golf werd ingevoerd (koninklijk besluit van 5 juni 2020), die werd verlengd bij het koninklijk besluit van 28 december 2021 voor het vierde kwartaal van 2020 en het eerste kwartaal van 2021 en nog eens werd verlengd voor het derde kwartaal 2021 bij het koninklijk besluit van 18 mei 2021.
Het ontwerp wordt ter advies voorgelegd aan de Raad van State.
Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 19, § 2, van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders