COVID-19: compensatie van werkgeversbijdragen voor bepaalde werkgevers
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Sociale zaken Frank Vandenbroucke een voorontwerp van wet goed dat een regeling invoert voor bepaalde werkgevers in de vorm van een premie die de kwartaalbedragen voor het derde kwartaal van 2020 compenseert.
Het gaat om een vrijstelling in de vorm van een premie, die gelijk is aan de basiswerkgeversbijdragen. Het bedrag wordt verminderd met de RSZ-verminderingen en vermeerderd met verschuldigde solidariteitsbijdragen op studentenarbeid.
De maatregel is van toepassing op:
- de inrichtingen in de horecasector, inrichtingen die vallen onder paritair comité 302 voor het hotelbedrijf en andere eet- en drankgelegenheden*
- de werkgevers in de sector van evenementen en spektakel (wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités)
- de werkgevers die werkzaam zijn als exploitant van kermisattracties.
De premie zal worden berekend eerst op basis van de cijfers voor het eerste kwartaal, daarna op basis van de cijfers voor het derde kwartaal 2020.
De bedoeling van deze maatregel is om liquiditeitsproblemen van de werkgevers te beperken en om ontslagen te voorkomen.
* bedoeld in artikel 6, § 1, eerste lid, van het ministerieel besluit van 18 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken, met uitzondering van de eet- en drankgelegenheden en grootkeukens bestemd voor verblijf-, school-, leef- en werkgemeenschappen.
voorontwerp van wet houdende toekenning van een premie aan bepaalde categorieën van werkgevers voor de betaling van de aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid verschuldigde bedragen voor het derde kwartaal 2020