Bevordering van de werkgelegenheid
Globale projecten voor de bevordering van de werkgelegenheid
Globale projecten voor de bevordering van de werkgelegenheid
De ministerraad keurde een ontwerp van koninklijk besluit goed tot wijziging van het koninklijk besluit van 30 maart 2000 (*) tot uitvoering van de wet van 24 december 1999 ter bevordering van de werkgelegenheid. Het ontwerp is een voorstel van de heer Peter Vanvelthoven, Minister van werk. Het hoofdstuk van het generatiepact 'meer jongeren tewerkstellen' programmeert de versterking van de federale globale projecten startbanen. Zoals vermeld in het pact zullen de uitvoerders van die globale projecten erop toezien dat werkloze jongeren, vooral de minst gekwalificeerde en die uit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, op de arbeidsmarkt worden ingeschakeld. Er staat ook een ontwikkelingsparcours voor de aangeworven jongeren op het programma. Op deze manier kan men 423 extra jongeren tewerkstellen met een startbaanovereenkomst via de federale overheid. Dankzij de invulling van een ontwikkelingsparcours kunnen de jongeren de tewerkstelling omzetten in een leerrijke ervaring die hun van pas kan komen in hun latere beroepscarrière. De 423 jongeren zullen ingezet worden in 14 projecten die aan een concrete maatschappelijke behoefte voldoen. Zo zullen 307 jongeren worden ingezet in projecten die met veiligheid te maken hebben. Het gaat om projecten voor de bestrijding van overlast, voor de veiligheid rond voetbalvelden, personeel bij gerechtshoven en justitiehuizen en andere. De projecten kunnen nu concreet worden ingevuld, zodat men vanaf 1 juli van start kan gaan met de aanwerving van de jongeren. Het ontwerp wordt voor advies aan de Raad van State voorgelegd. (*) van de artikelen 32, §2, eerste lid 33, §2, derde lid, 34, 39, §4, tweede lid, en §5, tweede lid 42 §2, 46, eerste lid, 47, §4 eerste en vierde lid van de wet.