Bescherming van bedrijfsgeheimen
Op voorstel van minister van Economie Kris Peeters en minister van Justitie Koen Geens keurt de ministerraad een voorontwerp van wet goed over de bescherming van bedrijfsgeheimen.
Bedrijfsgeheimen spelen een belangrijke rol bij de bescherming van kennisuitwisseling tussen ondernemingen, onderzoeksinstellingen en de overheid. De correcte bescherming en uitwisseling van bedrijfsgeheimen draagt in grote mate bij tot verdere innovatie en wetenschappelijke ontwikkelingen.
Dit voorontwerp zet richtlijn UE/2016/943* over de bescherming van niet-openbaar gemaakte knowhow en bedrijfsinformatie tegen het onrechtmatig verkrijgen, gebruiken en openbaar maken daarvan om in Belgisch recht. Deze richtlijn harmoniseert de bepalingen over de bescherming van bedrijfsgeheimen om eenzelfde niveau van bescherming te voorzien in de hele Europese Unie. Ze legt de lidstaten meer bepaald op om een toereikend en consistent niveau van civiele maatregelen te voorzien die kunnen worden toegepast in het geval van het onrechtmatig verkrijgen, gebruiken of openbaar maken van een bedrijfsgeheim.
Hiertoe voorziet het voorontwerp onder meer in voorlopige en conservatoire maatregelen enerzijds, en rechterlijke bevelen en corrigerende maatregelen anderzijds met het oog op de handhaving van een bedrijfsgeheim. Het voorziet ook in een verjaringstermijn en de garantie voor vertrouwelijkheid van gerechtelijke procedures omtrent bedrijfsgeheimen.
In de richtlijn wordt enkel melding gemaakt van de staking van of het verbod op het gebruik of de openbaarmaking van het bedrijfsgeheim. In het voorontwerp werd voor de rechter ook de mogelijkheid toegevoegd om de staking te bevelen van het toekomstige of nakende verkrijgen van een bedrijfsgeheim. Dit kan bijvoorbeeld nuttig zijn wanneer het gaat om een continu verkrijgen.
Het voorontwerp voorziet bovendien een centralisatie van de vorderingen inzake het onrechtmatig verkrijgen, gebruiken of openbaar maken van een bedrijfsgeheim bij de rechtbanken van koophandel die gevestigd zijn waar de hoven van beroep hun zetel hebben, zelfs wanneer de partijen geen ondernemingen zijn en ongeacht het bedrag van de vordering. Dit laat de rechtbanken toe om een zekere specialisatie te ontwikkelen op het vlak van bedrijfsgeheimen zonder afbreuk te doen aan de specifieke bevoegdheden van de arbeidsrechtbanken.
Het voorontwerp voorziet voor lopende gerechtelijke procedures en na de beëindiging ervan in een verplichting om de vertrouwelijkheid van bedrijfsgeheimen te bewaren. Het voorziet ook in twee nieuwe sanctiemechanismen voor de niet-naleving van de vertrouwelijkheidsverplichting. Ten eerste gaat het om de mogelijkheid voor de rechter om een gerechtelijke boete op te leggen bij schending van de vertrouwelijkheidsverplichting, wanneer deze plaatsvindt tijdens de lopende gerechtelijke procedure. Ten tweede is er de mogelijkheid om de naleving van de vertrouwelijkheidsverplichting of de opgelegde maatregelen af te dwingen via een dwangsom.
Het voorontwerp wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad van State.
* van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016