Auteursrechten voor openbare uitlening
Op voorstel van mevrouw Fientje Moerman, Minister van Economie, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit goed rond de vergoedingsrechten voor openbare uitlening van de auteurs, vertolkende of uitvoerende kunstenaars, producenten van fonogrammen en producenten van eerste vastleggingen van films.
Op voorstel van mevrouw Fientje Moerman, Minister van Economie, keurde de Ministerraad een ontwerp van koninklijk besluit goed rond de vergoedingsrechten voor openbare uitlening van de auteurs, vertolkende of uitvoerende kunstenaars, producenten van fonogrammen en producenten van eerste vastleggingen van films.
Het gaat er om een Europese richtlijn (*) betreffende het verhuurrecht en het uitleenrecht verder om te zetten in Belgisch recht. Deze richtlijn werd immers reeds omgezet in 1994 (**) maar er ontbrak nog een koninklijk besluit dat de bedragen van de leenrechtvergoeding vastlegt om ze in de werkelijkheid te kunnen toepassen. Het ontwerp legt de bedragen van de leenrechtvergoeding vast op 1 euro per volwassen lener en op 0,50 euro per minderjarige lener. Ook bepaalt het de categorieën van instellingen die vrijgesteld worden van de verplichting een vergoeding te betalen. Het gaat hier onder meer om de onderwijsinstellingen, de wetenschappelijke instellingen en de zorginstellingen. Het ontwerp voorziet tevens in de mogelijkheid voor de Gemeenschappen en de verenigingen voor het bibliotheekwezen om van de derdebetalersregeling gebruik te maken. Zij kunnen beslissen de vergoedingen geheel of gedeeltelijk op zich te nemen voor rekening van de instellingen die onder hun bevoegdheid vallen. Tot slot worden in dit ontwerp tevens de modaliteiten van de aangifte en controle vastgelegd. Deze bepalingen zijn geïnspireerd op de reglementering inzake reprografie. (*) richtlijn 92/100/EEG van de Raad van 19 november 1992 (**) de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten