Hoort bij Ministerraad van 24 november 2023
Ambtenarenzaken: diverse bepalingen inzake de selectie en het statuut van het federaal personeel
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Ambtenarenzaken Petra De Sutter een ontwerp van koninklijk besluit goed dat diverse bepalingen doorvoert betreffende de selectie en het statuut van het personeel binnen het federaal administratief openbaar ambt.
De maatregelen in het ontwerp hebben tot doel het selectieproces te optimaliseren, de kandidaatervaring te verbeteren, de positie van preventieadviseurs te versterken en de federale diensten een bijkomend instrument aan te reiken om knelpuntfuncties in te vullen. Meer specifiek gaat het om:
- de toekenning van een vrijstelling aan kandidaten die reeds geslaagd zijn voor een gemeenschappelijke module van een voorgaande selectie
- de toekenning van een vrijstelling aan contractuele personeelsleden voor een bijkomende proef bij een verlenging van hun overeenkomst. Voor de contractuelen die zich in de oude loopbaan bevinden en een statutaire stage starten, verzekert het ontwerp dat zij de geldelijke gevolgen van een eventuele bevordering in weddeschaal kunnen ontvangen tijdens de stage
- de mogelijkheid om van de kandidaten ofwel een nuttige ervaring ofwel een bepaald diploma of certificaat te vragen in het kader van bevorderingsprocedures en mobiliteit
- de mogelijkheid dat laureaten van een vergelijkende selectie bepaalde voorkeuren kunnen aangeven met het oog op hun aanwerving om op een gerichtere manier te solliciteren
- de mogelijkheid om selecties te organiseren voor een jury van twee assessoren en de verlenging van de termijn om miniwerfreserves met laureaten van bijkomende proeven te raadplegen
- het invoeren van een beroepstermijn tegen de beslissing van de leidend ambtenaar rond de erkenning van de geldelijke anciënniteit bij indiensttredingen
- de harmonisering van de geldelijke loopbaan van preventieadviseurs door hen een hogere weddeschaal toe te kennen verbonden aan de uitoefening van de functie
Het ontwerp wordt na syndicale onderhandelingen ter advies voorgelegd aan de Raad van State.