Aanpassing aan de wetgeving inzake de wachttijd voor zelfstandigen
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Zelfstandigen David Clarinval een ontwerp van koninklijk besluit goed betreffende de wachttijd in het kader van de moederschapsverzekering van de voormalige zelfstandigen die werknemer zijn geworden.
In toepassing van het nieuwe artikel 206/1 van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 is elke werkneemster die uiterlijk 30 dagen na het verlies van haar statuut als zelfstandige in dienst treedt, vrijgesteld van de wachttijd voor de toekenning van de moederschapsuitkering, op voorwaarde dat ze de wachttijd van zes maanden in het stelsel van de zelfstandigen heeft vervuld of daarvan is vrijgesteld.
Artikel 98 van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 voorziet in een garantiemaatregel die zelfstandigen die werknemer worden een moederschapsverzekering biedt volgens het stelsel van zelfstandigen tijdens de verkorte wachttijd voor het werknemersstelsel. Deze maatregel is zonder voorwerp geworden door de vrijstelling van de wachttijd. De garantiemaatregel vervalt daarom met terugwerkende kracht vanaf 2 augustus 2022, de datum van de invoering van die vrijstelling.
Het ontwerp wordt ter advies voorgelegd aan de Raad van State.
Ontwerp van koninklijk besluit tot vervanging van artikel 98 van het koninklijk besluit van 20 juli 1971 houdende instelling van een uitkeringsverzekering en een moederschapsverzekering ten voordele van de zelfstandigen en van de meewerkende echtgenoten