Internationaal verdrag: Albanië en Kroatië
Toetreding van Albanië en Kroatië tot de NAVO
Toetreding van Albanië en Kroatië tot de NAVO
De ministerraad heeft het voorontwerp van wet goedgekeurd dat minister van Buitenlandse Zaken Karel De Gucht voorlegde over de toestemming tot toetreding van Kroatië en Albanië bij de NAVO.
Volgens de bepalingen van artikel 10 van het Noord-Atlantische verdrag, kunnen de partijen met unanimiteit elke andere Europese lidstaat uitnodigen tot het verdrag toe treden op voorwaarde dat die bereid is te helpen bij de verdere ontwikkeling van de principes van het verdrag en bij te dragen tot de veiligheid van de Noord-Atlantische regio.
Kroatië en Albanië geven reeds geruime tijd aan tot de alliantie te willen toetreden door het afsluiten van een lidmaatschapsactieplan in 1999 voor Albanië en in 2002 voor Kroatië.
Albanië en Kroatië hebben zich vandaag de dag voorzien van functionerende sociale en politieke structuren waarmee ze aantonen dat zij ook de waarden van vrijheid en democratie verdedigen die aan de basis liggen van het bestaan van de Atlantische alliantie.
Na de Top van Boekarest van april 2008 hebben de staats- en regeringsleiders van de NAVO meegedeeld dat ze de meerwaarde erkennen van de toetreding van Albanië en Kroatië tot de NAVO. Ze benadrukten ook de vooruitgang die de twee staten hebben geboekt in hun weg tot toetreding. Volgens de secretaris-generaal van de NAVO rechtvaardigde die vooruitgang de officiële erkenning van het lidmaatschap bij de Noord-Atlantische alliantie door de ondertekening van de toetredingsprotocollen in juli 2008.
Voor België betekent de toetreding van Albanië en Kroatië een eerste belangrijke stap in de richting van integratie van de regio van de westelijke Balkan binnen de Euro-Atlantische ruimte en waarden.
Het akkoord wordt ter goedkeuring voorgelegd aan het Parlement.