Meer dan 1000 meldingen van gendergerelateerde discriminaties in 2021
Brussel, 9 juni 2022 – In 2021 heeft het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen 16% meer meldingen van genderdiscriminatie ontvangen dan het jaar voordien. De meeste meldingen betreffen gendergerelateerde discriminatie op de werkvloer. Maar ook over seksuele intimidatie en de zogenaamde ‘wraakporno’ wordt het Instituut steeds vaker gecontacteerd.
De 1020 meldingen die het Instituut in 2021 heeft ontvangen, zijn in drie categorieën ingedeeld. Klachten zijn het talrijkst, met een stijging van 51% ten opzichte van 2020. Daarna volgen de vragen om juridische informatie, die met 12% stijgen, en mededelingen, die met 13% dalen. "De maatschappij is zich steeds meer bewust van het probleem van seksuele intimidatie, seksistische opmerkingen en het fenomeen van niet-consensuele verspreiding van intieme beelden (of de zogenaamde ‘wraakporno’). Ook de media en de sociale netwerken besteden meer aandacht aan de gelijkheid van vrouwen en mannen. Deze twee trends spelen ongetwijfeld een rol bij de toename van het aantal burgers dat melding doet van discriminaties die zij hebben ondervonden of waarvan ze getuige zijn geweest", zegt Liesbet Stevens, adjunct-directeur van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen.
Discriminatie op grond van gender op het werk: stabiele maar hoge cijfers
In 2021 werd opnieuw het grootste aantal meldingen gedaan rond gendergerelateerde discriminatie op de werkvloer (34% van alle meldingen). Het ging daarbij vooral over de arbeidsomstandigheden en het loon (38%), de toegang tot een baan (30%) en het einde van de arbeidsrelatie (18%). Bijna een op de drie meldingen rond werk (30%) hield verband met zwangerschap of moederschap. "Het is opvallend dat zwangerschap en moederschap in de loop der jaren nog steeds gronden voor discriminatie of intimidatie op het werk blijven", aldus Liesbet Stevens. "En dit cijfer is nog maar het topje van de ijsberg, want weinig vrouwen durven hun rechten te laten gelden. Moeder worden is nog al te vaak een belemmering voor de carrière van vrouwen.”
Seksistische intimidatie in de openbare ruimte: steeds meer meldingen
De ‘openbare ruimte’ is het tweede meest vertegenwoordigde domein, met 21% van de meldingen. Het aantal meldingen van digitale seksistische intimidatie blijft toenemen (+23%). Dit kan deels worden verklaard door het feit dat het Instituut door de wet van 4 mei 2020 bevoegd werd voor de ondersteuning van slachtoffers van niet-consensuele verspreiding van intieme beelden (de zogenaamde ‘wraakporno’). "Het Instituut ontvangt een groot aantal meldingen met betrekking tot niet-consensuele verspreiding van intieme beelden of andere vormen van digitaal seksueel geweld, zoals voyeurisme of het dreigen met de verspreiding van intieme beelden om bijvoorbeeld geld af te persen", constateert Liesbet Stevens. "Door van het Instituut een centraal aanspreekpunt te maken voor de bijstand van slachtoffers van digitaal seksueel geweld komt de wet tegemoet aan een reële behoefte.”
Ook het aantal meldingen van seksistische intimidatie op straat is in een jaar tijd sterk gestegen (+75%). Deze toename kan onder meer worden verklaard door het feit dat de maatschappij zich steeds meer bewust wordt van dit probleem. Maar ook door de ontwikkeling van vernieuwende methoden: in sommige politiezones, zoals Luik of Brussel-Noord, patrouilleren agenten in burger om overtredingen gemakkelijker te kunnen vaststellen. Deze methodes hebben tot meerdere vaststellingen en PV's geleid. Sommige gevallen werden al voor de rechter gebracht.
Meer meldingen van seksuele intimidatie
Ook seksuele intimidatie wordt steeds vaker bij het Instituut gemeld, in het bijzonder op het werk: een stijging met 37% ten opzichte van 2020, en dit ondanks de aanzienlijke stijging van telewerken als gevolg van de pandemie.
Meer meldingen met betrekking tot transgender personen
In 2021 had 13% van alle meldingen betrekking op de discriminatie van transgender personen. Er is een stijging met 28% ten opzichte van 2020. Deze meldingen gaan voornamelijk over problemen die zich voordoen bij het wijzigen van de geslachtsregistratie in een officieel document. Deze vertegenwoordigen 19% van het thema ‘trans’-discriminatie en zijn meer dan verdubbeld ten opzichte van 2020. Dit is gedeeltelijk te wijten aan het feit dat steeds meer transgender personen deze stap zetten. De andere gebieden zijn ‘openbare ruimte’ (17%) en ‘werk’ (16%).
Slachtoffers van discriminatie op grond van geslacht kunnen zich gratis en in alle vertrouwelijkheid laten informeren over hun rechten of een klacht indienen bij het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen via het gratis telefoonnummer 0800/12 800 of via zijn website http://igvm-iefh.belgium.be.