Bescherming van intellectuele eigendomsrechten
Bestrijding van namaak
Bestrijding van namaak
De ministerraad nam een voorontwerp van wet aan dat de burgerrechtelijke aspecten van de bescherming van bepaalde intellectuele eigendomsrechten regelt. Dit kwam er op initiatief van Minister van Economie Marc Verwilghen die een beter reglementair kader wenst te ontwikkelen om in België de strijd tegen de productie en commercialisering van goederen doeltreffend aan te binden. Het publiek associeert namaak en piraterij vooral met merkkledij, luxeproducten en de film- en muziekindustrie. Uit rapporten van de gerechtelijke diensten, douane en de economische inspectie blijkt namaak zich uit te strekken tot nog andere economische sectoren, zoals voeding, speelgoed, geneesmiddelen en reserve onderdelen van machines en apparaten allerhande. De economische en sociale gevolgen van namaak zijn rampzalig. Vaak vertegenwoordigt namaak bovendien een tak binnen de activiteiten van internationale criminele en terroristische netwerken. Het is dus noodzakelijk om het fenomeen van namaak en piraterij op een coherente en gecoördineerde wijze aan te pakken. Namaak heeft een internationale dimensie die door de alsmaar toenemende omvang een echte ramp betekent voor de Belgische economie. De bestrijding van namaak bestaat uit twee luiken: een voorontwerp dat de strafrechtelijke procedure behelst en een voorontwerp dat de burgerrechtelijke procedure omvat. Het eerste luik keurde de ministerrraad op 23 juni 2006 goed. Hierdoor kunnen de douane en de gerechtelijke autoriteiten namaak en piraterij efficiënter opsporen en bestraffen. De ministerraad keurde nu het tweede luik goed. Het heeft als doel inbreuken op de intellectuele eigendomsrechten vast te stellen, in te dijken en te herstellen door middel van verschillende burgerrechtelijke vorderingen. Voorbeelden zijn het beslag inzake namaak, vordering tot staking en de vordering tot herstel. In dit voorontwerp zijn de opmerkingen van de Hoge Raad voor Intellectuele Eigendom verwerkt.