Wijzigingen inzake de afwezigheden van federale ambtenaren in het kader van het zorgouderschap
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Ambtenarenzaken Petra De Sutter een ontwerp van koninklijk besluit goed tot wijziging van diverse bepalingen inzake de verloven en afwezigheden toegestaan aan federale ambtenaren in het kader van het zorgouderschap.
Alle statutaire, stagedoende en contractuele personeelsleden van de rijksbesturen hebben momenteel recht op een volledig bezoldigd adoptieverlof van maximum zes weken bij de adoptie van een kind jonger dan 10 jaar. Voor contractuelen geldt dat zij enkel recht hebben op dit verlof wanneer zij geen gebruik hebben gemaakt van het adoptieverlof in toepassing van artikel 30ter van de wet van 3 juli 1978.
Met dit ontwerp van koninklijk besluit wordt voorgesteld om de leeftijdsgrens voor het adoptiekind te verhogen van 10 naar 18 jaar en de maximumduur van het adoptieverlof geleidelijk aan te verhogen naar analogie met het groeipad dat voorzien is voor werknemers in de privésector. Daarnaast wordt ook voor alle personeelsleden een pleegouderverlof voorzien geïnspireerd op de regeling voor werknemers onderworpen aan de wet van 3 juli 1978. Tot slot wordt voorgesteld om de definitie van ‘pleegkind’ en ‘kind met een handicap’ voor alle verlofstelsels binnen het verlofbesluit gelijk te schakelen.
Na de onderhandeling met de representatieve vakorganisaties in het Comité voor de federale, de gemeenschappen, de gewestelijke overheidsdiensten, wordt het ontwerp ter advies voorgelegd aan de Raad van State.