Toegang en verblijf van derdelanders met het oog op studies
De ministerraad keurt op voorstel van Staatssecretaris voor Asiel en Migratie Sammy Mahdi een voorontwerp van wet goed tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, wat betreft de studenten.
Het voorontwerp betreft een gedeeltelijke omzetting in Belgisch recht van de EU-richtlijn 2016/801 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van derdelanders met het oog op onderzoek, studie, stages, vrijwilligerswerk, scholenuitwisseling, educatieve projecten of au-pairactiviteiten.
Het voorontwerp zet deze richtlijn om, wat de studenten betreft en vervangt heel hoofdstuk III van titel II van de wet van 15 december 1980 betreffende vreemdelingen. De meeste wijzigingen betreffen de invoering van maatregelen over de mobiliteit van studenten (derdelanders) binnen de EU en de invoering van een ‘zoekjaar’ na het afronden van hun studies.
Voor de mobiliteit worden nieuwe regels opgesteld om de situatie van de derdelandsstudent te vereenvoudigen als hij studeert in een EU-lidstaat en zijn studies voor enkele maanden wil verderzetten in een andere lidstaat in het kader van een studieprogramma met mobiliteitsmaatregelen, onder meer Erasmus. Voortaan dekt het verblijfsdocument in de eerste lidstaat ook het verblijf in de tweede lidstaat.
De student kan voortaan, nadat hij zijn studies in België heeft voltooid, een verblijf van maximaal 12 maanden aanvragen met het doel om werk te vinden of een onderneming op te richten. Deze bepaling is ook van toepassing als de student gebruik heeft gemaakt van zijn recht op mobiliteit in België.
Het voorontwerp wordt ter advies voorgelegd aan de Raad van State.
Voorontwerp van wet tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, wat betreft de studenten