Eéngemaakt Belgisch luchtruim wissel op de toekomst voor Belgische luchtvaartsector
Vier partners werken samen aan implementatie Airspace Vision 2030
Luchtruim wordt een schaars goed. Door de toename van het luchtverkeer en het aantal gebruikers van het luchtruim zijn de limieten ervan wereldwijd stilaan bereikt. Vier partners werkten aan een gezamenlijke visie over het Belgische luchtruim voor 2030. Een functionele indeling van het luchtruim, een efficiënt en flexibel beheer ervan en een optimale dienstverlening door de partners zullen zorgen voor meer capaciteit voor alle gebruikers. De veiligheid van het luchtverkeer blijft uiteraard prioritair.
Gebrek aan capaciteit
Belgian Airspace Vision 2030: zo heet de gezamenlijke visie van skeyes, de FOD Mobiliteit en Vervoer via het Directoraat-Generaal Luchtvaart (DGLV), Defensie en EUROCONTROL MUAC. Een gezamenlijke visie over het Belgische luchtruim drong zich op omwille van diverse redenen.
Het Belgische luchtruim is zeer complex. Het is een beperkt maar druk bevlogen luchtruim door veel gebruikers: commerciële en militaire luchtvaart, luchtwerken, privé- en recreatief verkeer, onbemand luchtverkeer. De nabijheid van grote luchthavens in de buurlanden maakt dat ook dat luchtverkeer in lager Belgisch luchtruim passeert bij het stijgen of landen.
De complexe structuur en de geografische ligging verhinderen het benutten van de mogelijke volledige capaciteit van het luchtruim. De huidige opdeling in verschillende zones voor verschillende gebruikers heeft bovendien nadelen voor elk van hen: luchthavens kunnen niet altijd hun maximale capaciteit benutten, luchtvaartmaatschappijen kunnen niet altijd de meest rechtstreekse routes vliegen, het militair luchtruim is te klein voor de toekomstige generatie (gevechts)vliegtuigen en er is te weinig ongecontroleerd luchtruim voor recreatief luchtverkeer.
De drie luchtverkeersleiders actief in het Belgische luchtruim – skeyes, Defensie en EUROCONTROL MUAC (boven FL 245/7,4 km) - beheren hun deel van het luchtruim los van elkaar. Zo blijft capaciteit onderbenut.
Eén luchtruim
De toekomstige luchtruimvisie steunt op drie pijlers: luchtruimstructuur, luchtruimbeheer en luchtverkeersdiensten.
Tegen 2030 moet het Belgische luchtruim één geheel vormen dat flexibel en dynamisch kan worden ingezet. Efficiëntere inzet van het luchtruim verzekert voldoende capaciteit voor alle gebruikers met een minimum aan beperkingen. Zo’n luchtruimstructuur - en het beheer ervan - sluiten perfect aan bij de Single European Sky die op Europees niveau wordt nagestreefd.
Bepaalde delen van het luchtruim moeten vlot kunnen geactiveerd, gedeactiveerd of toegewezen worden aan een bepaalde gebruiker voor een beperkte periode. Zo kan bijvoorbeeld militair luchtruim of luchtruim voor luchtwerken ingeperkt worden of de periodes beperkt worden waarin het benut wordt ten voordele van ander luchtverkeer. De militaire operaties blijven zo gegarandeerd maar de totale capaciteit van het luchtruim voor andere gebruikers breidt uit. Zij kunnen dan ook beter hun vluchtroutes plannen. Die voorspelbaarheid verhoogt opnieuw het efficiënt gebruik van het luchtruim.
Een eengemaakt luchtruim betekent dat de luchtverkeersleiding beter op elkaar zal moeten afgestemd worden. Coördinatie tussen skeyes, de militaire luchtverkeersleiding en EUROCONTROL MUAC is cruciaal. De integratie van de civiele en de militaire luchtverkeersleiding is al volop aan de gang. Tegen eind dit jaar nemen de medewerkers van Defensie hun intrek op de site van skeyes in Steenokkerzeel. Op technisch vlak onderzoeken de drie partners of het mogelijk is voor 2030 met een geïntegreerd systeem voor luchtverkeersleiding te werken zodat ze het beheer en de veiligheid van het luchtverkeer op dezelfde manier verzekeren. Op vandaag werkt elke instantie nog met zijn eigen systeem.
Win-Win
De luchtruimvisie 2030 bevat voordelen voor alle gebruikers van het Belgische luchtruim. De voornaamste vooruitgang voor allemaal is natuurlijk de capaciteitsuitbreiding van het luchtruim.
De luchtvaartmaatschappijen kunnen blijven rekenen op veilig luchtverkeer, ook met de opkomst van onbemande luchtvaartuigen. Zij zullen hun vluchtroutes beter kunnen plannen en daarbij zoveel als mogelijk directe routes kunnen vliegen. Dat bespaart hen tijd – op de grond en in de lucht – en verbruik, wat meteen ook positieve effecten heeft op het milieu.
De voorspelbaarheid van vluchten is ook voor de luchthavens een grote plus. Een efficiëntere planning laat hen toe om de capaciteit van hun infrastructuur optimaal te benutten, bijvoorbeeld via vlotter verkeer op de – eventueel uitgebreide – runways. Betrouwbaarheid van de organisatie op een luchthaven is een enorme troef om klanten aan te trekken of te behouden.
De air component van Defensie kan zijn operaties blijven uitvoeren, ook met de nieuwe generatie (gevechts)vliegtuigen. De voordelen van een eengemaakte civiele en militaire luchtverkeersleiding zijn genoegzaam aangetoond en zullen binnenkort zichtbaar worden in de praktijk.
Privé- en recreatief luchtverkeer, luchtwerken en onbemand luchtverkeer krijgen meer toegang tot gecontroleerd luchtruim zonder het andere luchtverkeer te hinderen. Zo wordt dat luchtverkeer geïntegreerd in het luchtruim zonder dat de veiligheid in het gedrang komt.
De visie is een referentiedocument waaruit een planning en de uitvoering van specifieke projecten en investeringen voortvloeien voor het verbeteren van de structuur, het beheer en de dienstverlening in het Belgische luchtruim. Enkele projecten zijn reeds van start gegaan.
Johan Decuyper, CEO skeyes: “De luchtvaartsector is de tweede economische pijler van ons land. Er is internationaal enorme concurrentie op alle domeinen van de luchtvaart, ook voor luchtverkeersleiding en voor luchtruimbeheer. Samen met de partners willen we het Belgische luchtruim aantrekkelijk houden en het beheer ervan in eigen land houden. De Air Space Vision 2030 vergroot de capaciteit van ons luchtruim en verzekert de vlotheid en veiligheid van het luchtverkeer. Een gezamenlijke visie en de gecoördineerde uitwerking ervan geven ons een voorsprong in de internationale wedloop om luchtruim.”
Generaal Frederik Vansina: “De integratie van nieuwe militaire platformen, met hun aangepaste trainingsbehoeften, in combinatie met de gestage toename van het burgerluchtverkeer, vormt zonder twijfel een grote uitdaging in het druk bevlogen en zeer complex luchtruim van België. Door nauwere samenwerking met onze partners stellen wij ons tot doel om het luchtruim zo efficiënt als mogelijk te beheren met oog voor alle luchtruimgebruikers, zonder evenwel te moeten inboeten aan vliegveiligheid en flexibiliteit. Deze interdepartementaal gedragen visie creëert het kader voor de uitwerking van een gemeenschappelijk luchtruimbeleid.”
Eugeen Van Craeyvelt, Directeur-generaal a.i. DGLV: “Het luchtverkeer neemt met de dag toe en het luchtruim geraakt meer en meer verzadigd. Daarom is er op Belgisch niveau een initiatief opgestart om het Belgische luchtruim te herzien en te optimaliseren. De Belgian Airspace Vision 2030 is het resultaat van een gezamenlijke reflectie door skeyes, het Directoraat-generaal Luchtvaart (DGLV), Defensie en EUROCONTROL MUAC en werd ondertekend door de ministers van Defensie en Mobiliteit. We zijn bezig deze visie te vertalen naar een actieplan. Ook in Nederland zijn ze bezig met deze oefening. Het doel op langere termijn is om tot een gemeenschappelijk plan te komen om het luchtruim van de Benelux te optimaliseren.”
John Santurbano, Directeur EUROCONTROL MUAC: “MUAC is vastbesloten om de best mogelijke service te bieden aan de bijna 1 miljoen luchtruimgebruikers die het aan haar toegewezen luchtruim doorkruisen. De uitdagingen in het Belgische luchtruim zijn enerzijds de complexiteit vanwege de nabijheid van de grote Europese luchthavens maar daarnaast saturatie van het luchtruim vanwege de suboptimale inrichting die nog altijd de landsgrenzen volgt. In samenwerking met onze civiele en militaire partners, gesteund door de overheden en de Europese Commissie kan deze situatie worden verbeterd. De Belgische visie is daarbij een steun in de rug.”