Procedure omtrent de uitlening van vuurwapens door jagers
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Justitie Koen Geens een ontwerp van koninklijk besluit goed over de procedure over de uitlening, de neutralisering en de vernietiging van vuurwapens.
Het ontwerp heeft als doel om de inwerkingtreding op 28 oktober 2018 van de artikelen 10 en 11, §2 van het koninklijk besluit van 26 februari 2018 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van de wapenwet te verhinderen. Deze artikelen hebben betrekking op de uitlening van vuurwapens door jagers en moesten in werking treden op 28 oktober 2018. Het voorontwerp van wet houdende diverse bepalingen in strafzaken, goedgekeurd door de ministerraad op 31 augustus 2018, zal ingrijpende wijzigingen tot gevolg hebben aan de regeling omtrent uitlening van vuurwapens door jagers:
- de wet zal een aangifte van uitlening verplichten voor uitleningen die een duur hebben van langer dan een week (momenteel een maand)
- de wet zal een ruimere delegatie aan de Koning bevatten om de procedure van aangifte te bepalen, die vervolgens bij koninklijk besluit op meerdere vlakken zal worden aangepast
Om te vermijden dat de gouverneurs, lokale politiezones en jagers aanvankelijk een welbepaalde procedure moeten toepassen, terwijl die procedure enkele maanden nadien alweer ingrijpend zou veranderen, stelt het ontwerp voor om de huidige uitvoeringsregeling inzake de uitlening van vuurwapens op te heffen. Na de wetswijziging zal op een korte termijn een nieuw koninklijk besluit worden voorgesteld aan de ministerraad met een aangepaste, definitieve regeling.
De procedure heeft een positief advies verkregen van de Adviesraad voor wapens. Het ontwerp wordt ter advies voorgelegd aan de Raad van State.
Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 september 1991 tot uitvoering van de wapenwet en van het koninklijk besluit van 26 februari 2018 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van de wapenwet, betreffende de uitlening, de neutralisering en de vernietiging van vuurwapens en tot bepaling van de procedure bedoeld in artikel 45/1 van de wapenwet