Omzetting van de Europese richtlijn in verband met valsemunterij
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Justitie Koen Geens een voorontwerp van wet goed dat de Europese richtlijn* omzet over de strafrechtelijke bescherming van de euro en andere munten tegen valsemunterij.
Hoewel het Belgische Strafwetboek reeds voor een groot deel voldoet aan de bepalingen van de richtlijn, moeten er voor een volledige implementatie nog wijzigingen aangebracht worden op het vlak van de strafbaarstellingen en van de sancties voor namaking of vervalsing.
De wijzigingen zijn de volgende:
- de strafbaarstelling van de handelingen in het kader van het invoeren, uitvoeren en vervoeren van valse munt om ze in omloop te brengen
- de strafbaarstelling van het bezitten van de middelen bestemd tot het vervaardigen van valse munt of tot het schenden van de munten
- de strafbaarstelling van het op bedrieglijke wijze vervaardigen, ontvangen, zich verschaffen of in bezit hebben van veiligheidskenmerken, zoals hologrammen, watermerken of andere muntbestanddelen die worden gebruikt om munt tegen valsemunterij te beveiligen
- de strafbaarstelling van de voornoemde handelingen met betrekking tot bankbiljetten en muntstukken die nog niet zijn uitgegeven, maar bestemd zijn om in omloop te worden gebracht als wettig betaalmiddel
- de maximale gevangenisstraf voor deze handelingen bedraagt ten minste vijf jaar voor het bedrieglijk in omloop brengen van valse munt en het bewust invoeren, uitvoeren, vervoeren, ontvangen of zich verschaffen van valse of vervalste munt om ze in omloop te brengen
Het voorontwerp van wet wordt voor advies aan de Raad van State overgemaakt.
* Richtlijn 2014/62/EU van het Europees parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de strafrechtelijke bescherming van de euro en andere munten tegen valsemunterij en ter vervanging van Kaderbesluit 2000/383/JBZ van de Raad.