Vaststelling van het remgeld voor de consultatie van bepaalde gespecialiseerde artsen
De ministerraad keurt op voorstel van minister van Volksgezondheid Maggie De Block twee ontwerpen van koninklijk besluit goed in verband met de vaststelling van het remgeld voor de consultatie van een arts of specialist in de heelkunde, in de otorhinalyrngologie of in de fysische geneeskunde en de revalidatie.
Het eerste ontwerp voert vaste remgelden in voor de raadpleging van een arts of specialist in de heelkunde, in de otorhinalyrngologie of in de fysische geneeskunde en de revalidatie. De remgelden bedragen 3 euro voor voorkeurgerechtigden en 12 euro voor niet-voorkeurgerechtigden.
Het tweede ontwerp voert een vermindering van het remgeld in, met 2 euro voor voorkeurgerechtigden en 5 euro voor niet-voorkeurgerechtigden, voor dezelfde prestaties, wanneer de rechthebbende werd doorverwezen door een huisarts.
De twee ontwerpen van koninklijk besluit worden voor advies aan de Raad van State overgemaakt.
Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van artikel 37bis van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994
Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging het koninklijk besluit van 26 november 2006 tot uitvoering van artikel 36 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, wat betreft het persoonlijk aandeel van de rechthebbenden die een geneesheer-specialist raadplegen nadat ze verwezen zijn door een algemeen geneeskundige