05 feb 2016 09:19

Schijnzelfstandigen en schijnwerknemers: Willy Borsus wil de slecht gedefinieerde statuten beter controleren

Willy Borsus, minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO’s, Landbouw en Maatschappelijke Integratie, wil de wet op de aard (werknemer of zelfstandige) van de arbeidsrelaties grondig herzien. Alle instellingen die betrokken zijn bij de controle van deze wet (RSVZ, SIOD, Nationale Arbeidsraad…), stellen immers vast dat die niet praktisch is sinds de goedkeuring van de wet van 2012, en dat een herziening zich dus opdringt.

Daarom wil minister Borsus teruggaan naar de wet van 2006 die slechts vier algemene principes voorzag van juridische aard. Dit impliceert de schrapping van de specifieke criteria voor de risicosectoren.

 

Momenteel bestaan er, naast de 4 algemene criteria, specifieke criteria voor bepaalde risicosectoren, wat de controles complex maakt en aanleiding geeft tot interpretatieproblemen.

 

De minister van Zelfstandigen wil dus terugkeren naar de volgende 4 criteria die voortaan zullen dienen als eenvormige basis voor de controles:


- de wil van de partijen zoals geformuleerd in hun overeenkomst;
- de vrijheid om de werktijd te organiseren;
- de vrijheid van organisatie van het werk;
- de mogelijkheid om een hiërarchische controle uit te oefenen.

 

De betrokken sectoren zijn vragende partij voor een ruimere controle op de fictieve vennoten en op de slecht gedefinieerde statuten.

 

Ter informatie, in 2014 werden er 805 personen geregulariseerd; zij waren immers ingeschreven als zelfstandige, terwijl uit de feiten bleek dat zij werknemer moesten zijn.

 

Willy Borsus, minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO’s, Landbouw en Maatschappelijke Integratie, zei het volgende: “Het zelfstandigenstatuut is een bijzonder statuut, dat met name onderworpen is aan de afwezigheid van een ondergeschikt verband in de contractuele relatie. Het juridische criteria van de wil van de partijen is een essentieel criteria dat behouden moet worden. Parallel daarmee wil ik een einde maken aan de gevallen van fraude, zoals  die van de fictieve vennoten.”