Akkoord dat ervoor zorgt dat Noorwegen en IJsland alle rechten en plichten verkrijgen uit het luchtvaartakkoord tussen de Europese Unie en de VSA
Op voorstel van minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders keurde de ministerraad een voorontwerp van wet goed tot instemming met het akkoord tussen de Europese Unie, de Verenigde Staten van Amerika, Noorwegen en IJsland dat ervoor zorgt dat Noorwegen en IJsland alle rechten en plichten verkrijgen uit het luchtvaartakkoord tussen de Europese Unie en de VSA uit 2007.
Het gaat onder andere om vrije transatlantische lijnen zonder beperking op capaciteit en prijs en een zekere gelijkschakeling op gebied van reglementering.
De Verenigde Staten van Amerika, de Europese Unie en zijn lidstaten aan de ene kant en IJsland en het koninkrijk Noorwegen aan de andere hebben op 26 juni 2011 een akkoord ondertekend met als onderwerp de uitbreiding van de bepalingen uit het globale luchtvaartakkoord ('open luchtruim') tussen de Europese Unie enerzijds en de Verenigde Staten Van Amerika anderzijds – ondertekend in Brussel op 25 april 2007 – naar IJsland en Noorwegen.
Dit akkoord uit 2007, aangepast door een Protocol ondertekend in Luxemburg op 24 juni 2010, maakt de totale openheid voor transatlantische lijnen mogelijk voor Europese en Amerikaanse autoriteiten. Hierdoor zijn luchtvaartlijnen mogelijk vanuit om het even welke stad in de Europese Unie, naar om het even welke stad van de Verenigde Staten van Amerika zonder beperkingen op het gebied van capaciteit en prijs. Het verzekert ook een zekere gelijkschakeling op het gebied van reglementering.
De bepalingen van dit akkoord uit 2007 worden dus vanaf nu ook van toepassing op IJsland en Noorwegen, alsof zij ook lidstaten van de Europese Unie zijn. Zij zullen ook alle rechten en plichten hebben zoals een lidstaat dankzij dit akkoord.
Het feit dat IJsland en Noorwegen toegetreden zijn tot dit luchtvaartakkoord kan een precedent zijn voor de toetreding van IJsland en Noorwegen tot andere akkoorden.